Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
kolenhok, bergplaats waarin steenkolen opbergt.
De stoof gaat uitgaan, ga in een emmer wat kolen halen in het koolkot.
uit berden (planken) gemaakt.
In sommige huizen waar men echt met de deur in huis viel, plaatste men soms een berdelen afscheiding tegen de winterkoude.
wonen, verblijven, ambt uitoefenen.
Werd gezegd van pastoors.
Nu staat Mijnheer Icks als pastoor in Ergenshem.
in de Griekse oudheid sprak men over ‘koeienogen’ (grote ogen) als teken van schoonheid, nu in de kunst spreekt men over mooie amandelogen met dezelfde bedoeling.
de kunstschilder had een mooi portret geborsteld en sterk het accent gelegd op die mooie amandelogen.
verkwisten, verspillen
die man heeft heel zijn fortuin vermoost door de drank
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.