Woorden die beginnen met 'o'

o, een ~ in cifer
o, in het ~ zetten
o, tegen uw ~
O.K.
oal te reke
oalsan
oam
oane
oap
oardigoard
obbenêr
obbers
Obelix
obesitasregering
objectief
obstinatig
obus
occasie
occasie, op z’n ~ zitten
occasioneel
occupee
och gij!
och jong
ocharme
ocharmkes toch!
ochere
ochot
ochot ochere
ochottenere
ochtendgrijs
OCMW
OCMW van de wereld, het ~
Octopusoverleg
octopuspaal
octopusplan
octopusteam
oe
oe ge verstààt nie
oe(i)le
oebel
oech
oechel
oecht
oeënen, oeën
oeërstekske
oefenen
oefening, budgettaire ~
oefenkot
oefenstonde
oei-oeivogelke
oeie
oeieoeie
oeje
oejejoejejoej
oekedoeleke
oekeraar
oekeren
oekoedoeleke
oelen
oelewapper
oelie
oem en troem
oema
oemmes
oemspres
oendewroet
oens en dwens
oenze
oep zijn
oepentoep
oeper
oepgepoenteerd
oeproemelen
oepscharen
oeptalloren
oeptenief
oepternieft
oeptets
oeptnieft
oepzitten
oer
oerechance
oereke
oerekot
oes
oesem
oesje
oesschaard
oest
oestappel
oester van de arme
oestmaand
oetel
oetglietsje
oetjedom
oetsjieje
oevierg
oewe
oewest
of
of als
Of ben ik nu helemaal zot aan het worden
of iet(s)
of niets
of, meer ~
ofdat
ofdelen
ofdjefelen
offerblokdief
officialiseren
officieel onderwijs
officiëlen
ofgelekt zn
ofnoezen
ofsaait
ofstrien
ofte
oftewel
ofwa
ofwant
ofwel
ogen op zijn gat hebben staan
ogen, je ~ zijn groter dan je buik
ogen, als ik u ni had, geen ~ en ik zag gene steek
ogen, balken onder de ~
ogen, dat zijn ~ lopen
ogen, de ~ uit zijn kop schreeuwen
ogen, de ~ uitsteken
ogen, grote ~ trekken
ogen, het boven zijn ~ hebben
ogen, met geen ~ meer te zien
ogen, met haken en ~ aaneenhangen
ogen, neemt uw ~ in uw hand en zie door de kotters
ogen, nogal ~ trekken
ogen, Onze-Lieve-Heer zijn ~ uitsteken
ogen, stelen met de ~
ogen, stront in z'n ~ hebben
ogen, stront in zijn ~ hebben
ogen, zakken onder de ~
ogen, zijn ~ verklaren
oh wee
OK-vrouw
OKAN
okedoeme
okéje
okken(e)
okkerstessie
okkozje
okselvijver
oktaaf, een ~ doen
okte snokte
ol mèt e ki
olé
oleander
Olen, Boeren van ~
olfactief
olichte
olieduts
oliekwaard
oliepannenkoekje
olievlek
olifant
olifant, als een ~ in een porseleinenwinkel
olifant, een ~ doodkloppen
olifant, er een ~ mee kunnen doodkloppen
olifantenpijp
olifantenpijpenbroek
olijfboomcoalitie
olijvelaar
olkruiper
olle
olleblok
ollemolle toope
olleszins
ollig
olsanvoorts
oltemets
olverlinge
olympisch minimum
om
om ’t naadijzer sturen
om beurt
om de vijf voet
om doen; is dat dan daarmee ~
om dood te doen
om en tom
om en v’rd’rom
om god weet welke reden
om het
om langs om
om te slane belasting
om te spres
om ter
om ter ’t
om ter beurt
om ter eerst
om ter eest
om ter laagst
om ter luidst
om ter meest
omama
ombre
omdat
omdat gij het zijt
omdoen
omdopen
omdraaien, het blad of de bladzijde omdraaien
omelet, men kan geen ~ maken zonder eieren te breken
omgangstaal, Vlaamse ~
omgekeerd lam
omgekeerd schaap
omgraven
omhalen
omhaling
omheen
omhoog gaan
omhoog, voeten ~, niveau passeert
omhooghangen
omkadering
omkappen
omkippen
omklaaien
omklappen
omklinken
omkunnen, niet mee ~
omkwikken
omleeg
omlegging
omliggend(e)
omloop
ommegang
ommekeer
ommeldonk
ommeleggen
ommes
ommesjang
ommetoer
ommeweug
ommeweunen
ommoei, 't ~
omnibus
omnipracticus
omnisportkamp
omnium
omniumverzekering
omnozel
omplooien
omrastering
omschrijven, een brand ~
omschudden
omschuppen
omslaan, zijn voet ~
omslag
omslag, confederale ~
omslag, onder gesloten ~
omslag, onder open ~
omslagen
omspaaien
omspetten
omspres
omspres, iets t ~ doen
omstaander
omstandig verslag
omstandigheidsverlof
omstompen
omterbest
omtrent, aan of   ~
omtrent, ergens niet aan of ~ kunnen komen
omvaart, lange ~
omverreklaain
omweg
omwille van
omwindelen
omwisselen
omzeggens
omzendbrief
omzichtigheid
omzien, niet ~
omzorgen
onafgezien
önavenden
onbegrip
onbeleefderik
onbemeubeld
onbeschaamderik
onbeschofterik
onbeslist
onbesnutst
onbestaande
onbestaande, quasi ~
onbevlekte ontvangenis
once
oncofreezing
ondelulleke
onder
onder de arm nemen, iemand ~
onder de duim
onder de kap fezelen
onder de middag
onder de taalgrens
onder de tram gezeten hebben
onder de vorm van
onder de zak gaan
onder gesloten enveloppe
onder gesloten omslag
onder handen pakken
onder het grasmachien gezeten
onder ons gezeid en elders gezwegen
onder open enveloppe
onder open omslag
onder voorbehoud
onder zich uit zijn
onder zijn achterste schuiven
onder(de)boane zien
onderbaai
onderbendel
onderbenuttiging
onderbureauchef
onderbureelchef
onderduims
ondereen
ondereen heulen
ondergrondse parking
onderhandelen
onderhemd
onderhemmeke
onderhoud
onderhoudsgeld
onderhoudsmecanicien
onderhoudspremie
onderkomen
onderkopen
onderlegger
onderleggerke
onderliggende aandoening
onderlijfje
onderlijfke
onderlijnen
onderlip, geen ~ hebben
ondernemersloket
ondernemersplatform
onderpaster
onderpastoor
onderpull
onderricht
onderrichting
onderscheiding
onderscheiding, grote en grootste ~
onderscheppen
onderschreven
onderschriften
ondersjoempen
ondersmossen
onderstand
onderstationschef
ondertas
ondertjoempen
ondertrouw
ondertrouw doen
ondervinding
ondervinding, van ~ spreken
ondervlogen
ondervlogentheid
ondervragen
ondervraging
onderwaterbevalling
onderwegen
onderwijs voor sociale promotie
onderwijs, bijzonder ~
onderwijs, buitengewoon ~
onderwijs, gesubsidieerd officieel ~
onderwijs, gesubsidieerd vrij ~
onderwijs, hoger ~
onderwijs, in het ~ staan
onderwijskoepel
onderwijsnet
onderwinden, zich ~
onderzicht
onderzip
onderzoek, een ~ openen
onderzoekspiste
onderzoeksrechter
ondrinkbaar
oneens, het ~ raken
oneer, zijn (uw) eigen ~ aandoen
onevenwicht
onfatsoendelijk
ongebruiksklaar
ongeconnecteerd
ongecontesteerd
ongedurig
ongegeneerd
ongekend
ongeleid bezoek
ongelijk, in het ~ zijn
ongelooflijk
ongeluk, een ~ doen
ongelukkiglijk
ongemak, op zijn ~
ongemeubeld
onger
onger ôs gezag en gezjwege
ongerlèts
ongerliefke
ongerzeuke
ongescheld
ongeschoft
ongesiefer
ongesteboave
ongetoef
ongevallen, gebeurlijke ~
ongewoon, iets ~
ongezien zijn
ongre
onkennelijk
onklopbaar
onklopbaar, ~ zijn
onmeedogend
onmerkbaar
onmiddellijk betrekbaar
onmiddellijke inning
onminnig
onnoemelijke feiten
onnozel
onnozel de doos in
onnozel doen
onnozel doos
onnozel geboren en zot gewiegd
onnozel geit
onnozel manneke
onnozel ventje
onnozel wicht
onnozel worden van iets of iemand
onnozel, om ~ van te worden
onnozel, we moeten daar niet ~ over doen
onnozel, zo ~ als het groot is
onnozelaar
onnozele worst
onnozele, zich van de ~ houden
onnozeliteit
onopzettelijke doding
onpaar
onpikant
onpluisheid
onrechtstreeks
onrechtstreekse vrije trap
onroerende voorheffing
onrustwekbarend
onrustwekkend
onrustwekkende verdwijning
ons
ons eigen
ons Heer moet zijn getal hebben
Ons kookboek
ons mannen
Ons Moe
ons moeder
ons vader
ons, die van ~
onschoolbaar
onschuld uitschreeuwen, zijn ~
onschuldige hand
onschuldige kinderhand
onsiersel
onsnes
ontbinden, zijn duivels ~
ontbloten, de kroon ~
ontbloting van de kroon
ontbolsteren
ontdampen
ontdieselen
ontdieseling
ontdoen, zich niet van de indruk kunnen ~
ontdopen
ontdubbelen
ontegensprekelijk
ontfederalisering
ontfransen
ontfransing
ontfrutselen
ontfrutsen
ontgraven
ontgrieven
ontgronden
onthaal
onthaalbalie
onthaalbediende
onthaalcentrum
onthaalcharter
onthaalgezin
onthaalklas
onthaalklasje
onthaalmedewerker
onthaalmoeder
onthaalouder
onthaalpersoneel
onthaalruimte
ontharden
onthardingsaannemer
onthoud, ergens ~ van hebben
ontknekelen
ontkrultang
ontlasten
ontlenen
ontlener
ontluiken
ontluizen
ontluizingsperiode
ontmijnen
ontmijner
ontmijningsdienst
ontmijningsgrap
ontplaasteren
ontploffingsmotor
ontplooien
ontrading
ontrent
ontriggelen
ontruimingspijl
ontschepen
ontschminken
ontschminkingsdoekje
ontslag, naakt ~
ontslag, zijn ~ geven
ontslagen
ontslagnemend
ontsloesteren
ontsnappen
ontsnappingskoning
ontsnappingszomer
ontspanningskabouters
ontsteken
ontstekingskaars
ontvetten
ontvetting
ontvlaamsen
ontvlaamsing
ontvoogding
ontvoogdingsstrijd
ontwikkelingspool
ontzetting
ontzien
ontzooën
onuitgegeven
onverdoofd slachten
onverlet laten
onverstaanbaar
onverstoord
onverwittigd
onvolzet
onvrijwillig
onvrijwillige doodslag
onweder
onweerachtige bui
onwettelijk
Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaart
Onze-Lieve-Vrouw van Vlaanderen
onze, onzen, ons
onze(n)
onzen
Onzen heer is nen …
Onzevader
onzijdig onderwijs
onzje
onzjekoet
oog, dat is om een ~ uit te bleiten
oog, een ~ uitpitsen
oog, er een goed ~ in hebben
oog, er geen goed ~ in hebben
oog, geen ~ slapen
oog, iets of iemand in d’~ houden
oog, in het ~ van de storm zijn of staan
oog, voor het ~ van de mensen
oog, zo ver het ~ kan dragen
oogje
oogmeester
oogscheel
oogske trekken
oogst, de ~ binnendoen
oogstappel
oogverblinding
ooiboendel
ooit vanzeleven
ook
ook ne goeiemorgen
ook niet
oolmettekiè
ooltereke
oolverre noene
oor, amai mijn ~
oor, iets aan zijn ~ naaien
oor, mijn ~!
oordeel, te laat komen in het laatste ~
oorkorf
oorkuiserke
oorkussen
oorling
oorlog, ga(at) daarmee naar de(n) ~
oorlog, kleinen ~
oorlogen, een man van vele ~
Oorlogskruis
oorlogstoker
oorlogsvoet, op ~ brengen
oorms
oormstikte
oornaam
oorsprong, aan de ~ liggen van
oorstokje
oorstop
oortjes
oortjes, zijn laatste ~ laten
oortsgat
Oost-België
Oostendenaars
oostenrijk, 't is hier het huis van ~ niet
oosters
oostfronter
Oostkantonner
Oostkantons
op
op
op 't nepperken
op (n)iets trekken
op `t gemakske
op afstand
op algemene (aan)vraag
op automatische piloot
op avans
op café
op de avond en de noen
op de bollenwinkel passen
op de bots
op de dool
op de kap van
op de keien gezet
op de luchthaven
op de meet geklopt worden
op de middag
op de plak
op de rails houden
op de rooster leggen
op de schoolbanken
op de sjotters
op de spiegel schrijven
op de vooravond
op de zilmen werken
op den boek vliegen
op den draai zijn
op een ander
op een ander gaan
op een ander zitten
op een been kunt ge niet staan
op een blauw steentje pissen
op een bureauke zitten
op een einde lopen
op een goei wei zitten
op een hoop zetten
op een ik en een gij
op een rappeke
op een weer zitten
op een wip en een flik
op een, twee, drie
op eigen middelen
op en af
op en in
op gang trappen
op gang trekken
op geen ballen trekken
op geen fluit trekken
op geen kloten trekken
op geen voeten trekken
op gehad hebben
op het einde
op het gemak
op het goed vallend uit
op het haar rijden
op het hoogste
op het schieë van de met
op het voorplan treden
op hoek en negenman
op hotel
op iemands kazak zitten
op iemands systeem werken
op iets of iemand betrouwen
op iets zitten houden
op klein hoopkes liggen
op komste
op kot zitten
op kruisberg liggen
op maneuvers gaan
op mijn duizend gemakken
op netels zitten
op niets trekken
op overschot
op pensioen
op post blijven
op post zijn
op punt stellen
op punt zetten
op ralenti
op restaurant gaan
op rij
op rust
op tafel
op tijd en stond
op uur en tijd
op uw bil kunnen schrijven
op uw kop gaan staan
op uw put denken
op voorhand
op wandel
op zak steken
op zichzelf
op zijn
op zijn bil slagen
op zijn duizendste gemak
op zijn effen
op zijn eigen
op zijn Frans
op zijn honderdduizendste gemakken
op zijn hoofd gevallen zijn
op zijn kin kloppen
op, 7 ~ 7
op, een ~ een
op~ en afgaan
op~ en afrijden
opapa
opbabbelen
opbinden
opblinken
opbod, een ~ aan
opboeien, zich ~
opbranden
opbrengen
opbrengen, het niet kunnen ~
opbrengsteigendom
opbrengsthuis
opcentiemen
opdagen
opdeciem
opdeciemen
opdekken
opdekken, het bed ~
opdienster
opdoen
opdoen, de indruk ~ dat
opdoen, er enen ~
opdoffer, een ~ krijgen
opdoppen
opdraaien, zijn eigen ~ in
opdrachthouder
opdrijven
opdringen, zich ~
opdritsen
opeen~
opeenvijzen
opeetpapier
opeising
opeisingsvideo
open bebouwing
open boulevard, een ~ voor zich krijgen
open en toe
open en toe slaan, mijn kop
open en toe, den ~
Open Wervendag
open, den ~ en toe
openbaar ambt
openbaar, het ~
openbare omroep
openbare onderstand
openbare plaats
opendebatcultuur
opendeur
opendeurdag
opendoender
openen, een onderzoek ~
opengrenzenbeleid
opengrenzenpartij
openhouden
openingsmatch
openingstaks
openingsuren
openingsuur
openlucht, in
openplooien
opensluiten
openstellen
opentlijk
opentrekken
opentrekken, de ogen ~
opentrekken, zijn paraplu ~
Openwervendag
operateur
Operatie Kelk
Operatie Propere Handen
operatiekwartier
Opex, den ~
opfreiten
opfretten
opfrissen
opgaan
opgang
opgedaagd
opgedraaid
opgekleed
opgekot
opgemaakt in dubbel
opgemaakt spel
opgepast zingende kinderen
opgepatuut
opgepint lijk nen pauw
opgepoeft
opgeraken
opgestegen
opgeten
opgeven
opgeven, hoog ~ over
opgezet
opgezet
opgezet spel
opgezet zijn met
opgezet, ermee ~ zijn
opgieten
opgommen
ophaalkalender
ophangen, een beeld ~ van iemand
ophebben
ophebben, iets ~
ophebben, laag of niet hoog ~
ophefmakend
ophessen
opioneerder
opjagen, zich ~
opjeiren
opjoeberen
opkamerke
opkappen
opkeren
opkeuteren
opkleden
opkomen
opkomen, er (kunnen) ~
opkomen, in zijn ~ zijn
opkomstplicht
opkotplicht
opkotten
opkramen
opkrasselen
opkrijgen
opkuis
opkuisactie
opkuisen
opkuiser
opkuisfacuur
opkunnen, niet ~
opkwikken
opladen
oplakken
oplappen
oplapper
opleg
opleggen
opleiden
opleidingscheque
oplekken
oplepelen
opleren
oplichteres
opligger
oplijsten
oplopen, hoog ~ met
oplossingsfederalisme
opmaken, dossier ~
opmatsen
opmerken, zich laten ~
opneemvod
opnemen
opnemen, verantwoordelijkheid ~
opnemer
opnêr
opneut
opnieft
oppakken
oppakken, iets verkeerd ~
oppasser
oppasster
oppensioenstelling
opper
opper-Vlaming
oppergaai
opperlicht
opperste
oppikken
oppinten
opplooibaar
opplooien
opportunist
opportuniteit
oppositiekuur
oppotlepelen, zich ~
oppuntstelling
oprakelen
opramasseren
oprapen
oprijden
oproep
oproep, nutteloze ~
oproepen
oproepingsbrief
oprollen, zijn matten -
oprommelen
opruimingswerken
oprujen
opruststelling
opsabbelen
opscharen
opscheppen, dat zal hier rap opgeschept zijn
opschieter
opschorsen
opschrijven
opschudden
opsinjoorke
opslag, door ~ de gaan
opslagen
opslorpen
opsmeren
opsmijten
opsmoren
opsmoren, in uw pijp steken en ~
opsmossen
opsnurken
opsolferen
opsoppen
opspangen
opspeling
opspeulen
opspieën
opspringen
opspuiten
opsputten
opstaan met pisoogjes
opstappen
opsteken
opsteker
opsteller
opstoken
opstoker
opstoot
opstoven
opstroefelen
opstroppen
opstropping
opstuiken
optalloren
optasten
optekenen
opteljoren
opteren
opternieuw
optie
optieker
optietematooien
optrekken
optutten
opuitegaard
opvangcentrum, gesloten ~
opvijzen
opvissen
opvoeder, opvoedster
opvolgen
opvolger
opvolging
opvolgingsbureau
opvulregel
opwarmfiche
opwekken
opwerpen
opwollen
opzabberen
opzakken
opzeg
opzegperiode
opzegvergoeding
opzet
opzet, kwaad ~
opzettelijk slagen en verwondingen met de dood tot gevolg
opzettelijke doding
opzetten
opzetten, de radio ~
opzetten, de tafel ~
opzetten, een ander plaatje ~
opzetten, een lap ~
opzetten, hem
opzetten, tafel ~
opzetten, zich ~
opzicht
opzjoeberen
opzoeking
opzoekingswerk
orangeade
orangina
orangist
Oranje-blauw
orde van artsen
orde van geneesheren
Orde van Leopold II
orde, in ~ zijn met
orde, op ~ zetten
orde, zich in ~ stellen (met)
ordegrootte
orden, nationale
ordentelijk
ordewoord
ordonnantie
oremus
oren en poten
oren en poten, goed voorzien van ~
oren en poten, met ~ opeten
oren gelijk talloren maar nog niet horen
oren, al wat poten en ~ heeft
oren, amai mijn ~
oren, iem. de ~ afzagen
oren, iemand de ~ van de kop zagen
oren, met ~ en poten opeten
oren, mijn ~
oren, op beide ~ slapen
oren, op zijn twee ~ slapen
oren, rond zijn ~
oren, stront in zijn ~ hebben
oren, van zijn ~ maken
oren, veel rond zijn ~ hebben
oren, zich over zijn ~ laten krabben
orendul
organiek
organisme
orgel, achter zijn ~
orgel, amai mijn ~
orgel, kust allemaal mijn ~
orgel, kust nu mijn ~
orgel, tegen uw ~
orgelpunt
oriëe
orkest
orkest, en het ~ speelde voort
orkest, van 't ~zijn
os zijn
os, als het lukt dan kalft den ~
os, het is van kalven ~
ossebeik
ossebilk, in de ~ komen
ossebolleke
ossenbilk
ossenknieën
ossenkop
ost
Ostbelgien
Ostendaise, à l’ ~
otemets
otter
otter, schele ~
otter, vuile ~
otto
ou
ou savoeë
Oud België
oud ijzer
oud ijzer, in ~ hangen
oud pekesvel
oud-koloniaal
oud, dat is ~ vuil
oud, in ~ ijzer hangen
oud, van ~ oep nief
oud, zo ~ als de straat
Oude Belgen
oude Belgische frank
oude jonkman
oude politieke cultuur
oude sassa
oudejaarsreveillon
ouder
ouder, hoe jonger hoe botter, hoe ~ hoe zotter
oudercomité
oudercontact
ouderdom
ouderdomsdeken
ouderenwerking
ouderling
ouderlingentehuis
ouderverstoting
oudijzermarchand
oudjaar
oudjaar zingen
oudmannekeshuis
oudmennekeshuis
oudmodisch
oudstrijder
oudstrijdersbond
oufel
oumannekeshuis
ouw
ouw doos
ouw kneut
ouw kneuten
ouw patsj
ouwe
ouwe jonge dochter
ouwe jonkman
ouwe van dagen
ouwe zot
ouwe, den ~ van 't jaar
ouwemeetjesvlees
ouwer
ouwerdom
ouwesj
ouwesjhoes
ouwmeekeshuis
ouwoore
ouwpeekeshuis
ovaalpunt
ovalen punt
ovalen rondpunt
oven, een mond gelijk een ~ hebben
oven, het gaapt gelijk een ~
oven, uwen ~ staat open
ovenbeur
ovenkoek
over
over acht dagen
over andere dag
over de hele lijn
over de koppen lopen
over de middag
over dood luiden
over eirde liggen
over en `t weer
over end weer
over hier en …
over huis
over zijn hout gaan
over, er ~ zijn
over, er niet van ~ kunnen
overal
overbegaafd
overbevragen
overbijten
overboefen
overboeft
overbrengwagen
overbruggingsrecht
overdaan
overdekt terras
overdoen, zich ~
overdragen
overdreven snelheid
overdweers tassen
overeen
overeen kunnen komen
overeen lopen
overeenkomen met iemand
overende
overentie
overgaan, ergens ~
overgehaald
overgekend
overgestresseerd
overgoed
overhalen
overhand
overhands
overhands
overheen
overheffen, zich ~
overheidsbedrijf, autonoom ~
overheidsbeslag
overheidsdienst, federale ~
overhoeks
overhoop
overhouden
overhuis
overjaars
overkappen
overkappingsintendant
overkapselen
overkapseling
overkippen
overklappen
overklassen
overknippen
overkomen
overkomste
overkomste hebben
overkop
overkop gaan
overkopen
overkoper
overkrijgen
overlaatst
overlasttaks
overleg, buitengewoon ~
overlegcomité
overlest
overlezen
overlijden
overloon
overloopparking
overlopen
overmaken
overmorgennamiddag
overmorgenover
overnijpen
overpakken
overplaasteren
overpoefen
overpoepen
overpraten, zich laten ~
overroepen
overrompeling
overrulie
oversaust met
overschieten
overschoefelen
overschot van gelijk hebben
overschot, op ~
overschrijven
overschrijving, gestructureerde ~
overschrijvingsformulier
overschrikkelen
overschudden
overslag
overslapen zijn
overslapen, blijven ~
overslapen, zich ~
oversnijden
overstampen
overstapparking
overste
oversteken
overstiel
overstier
overstock
overtal
overtalrijk
overtasten
overtel, van ~ zijn
overtijd
overtijd zijn
overtijds
overtoer
overtreding, in ~ nemen
overtrekken
overtrokken
overturen
overuren doen
overuren kloppen
overuren presteren
overuur
overvoorstelbaar
overvreten, Mol en Baal ~
overzet
overzetboot
overzetboten
overzetten
overzetters
overzitten
overzitter
overzomeren
ovonde
owngoal
oxo
ozendrop
ozondokter