Woorden die beginnen met 't'

t
t ee ’n rute uut ’t uus en ’t reint derin
T is ik!
t straat
t.t.z.
taakebas
taakklas
taakleerkracht
taakleraar
Taal Aktie Komitee
taalaanhorigheid
taalbad
taalbrevet
taalfaciliteiten
taalflamingant
taalgrens
taalhoffelijk
taalhoffelijkheid
taalhoffelijkheidsakkoord
taalkader
taalkundig aseksueel
taallabo
taalminnaar
taalonhoffelijk
taalonhoffelijkheid
taalpariteit
taalparticularist
taalpolitie
taalpremie
taalraadsman
taalrol
taalshoppen
taalstelsel
taalstrijd in België
Taaltelefoon
taaltoezicht
taalwet
taalwetgeving
taalwijziging
taan
taantefair
taantjespap
taar
taar, aan den ~ houden
taare
taarte, een gemakkelijke ~
taarteklaai
taarten geven
taartepla
taas
taat
taatjespap
tabacologie
tabacoloog
tabak geven
tabakologie
tabakoloog
tabbaard
tabber
tabberd
tabbout
tablet
tablette
tachternoene
tachtersteveuren
tafel opzetten
tafel, aan een ~ zitten
tafel, de ~ afdoen
tafel, de ~ plakt, plekt
tafel, de ~ wegdoen
tafel, iemand onder ~ klappen
tafel, kaarten op ~
tafel, miserie op ~
tafel, op ~
tafel, op ~ kloppen
tafel, rond de ~ gaan zitten
tafel, van ~ mogen
tafel, van een schoon ~ kan men niet eten
tafel, zijn benen onder ~ steken
tafelbedekking
tafelen
tafelkleedske
tafelschuimer
tafelschuimerij
tafelspringer
tafeltennispalet
tafeltennisraket
taffel, op den ~ zijn
taffelaar
taffelbeus
taffeleir
taffelen
taffeljo
taget
taggentig
tailleren
tailleur
TAK
tak, van den ~ op den boom springen
tak, van uwen ~ maken
tak, van zijnen ~ maken
tak21
takelen
takkeleren
takken
takken zetten
takken, door de ~ zijn
taks
taksband
taksplaat
taksvrij
takszegel
talend
talieter
tallenkante
tallon
tallonnière
talloor
talloor opeten
talloor, platte ~
talloor, van een schoon ~ kunt ge niet eten
talloor, veel op zijn ~ hebben
talloren
talloren, oren zoals ~
talloren, platte ~
tallorendraaier
tallorenteirter
tallorenterter
tam
tamboerkesgaren
tamme tyfus, den ~ hebben
tammen
tampondoos
tampongfretter
tamtam, ~ maken
tamzak
tamzakkerij
tan
tand, daar is m'n holle ~ nog ni mee gevuld
tand, die komt vannacht uw ~en tellen
tand, iets naar zijn ~ zijn
tand, trek dien ~ maar al uit
tand, trek dien ~ maar uit
tanden, iets tussen zijn ~ steken
tandimplantaat
tandist
tandje, een ~ bij steken
tandje, een ~ bijsteken
tandpijn, kunnen missen als ~
tandplaaster
tandvlees, hij zit op zijn ~
tandvlees, op het ~ zitten
tang
tango
tank, in de ~ hebben zitten
tant
tant pis
tantafair
tantafeir
tante nonneke
tante Roza op bezoek
tante Sidonie
tante Terry, de ~
tante, als mijn ~ wieltjes had, was ze een karretje
tantefeer
tantefeir
tantefeiren
tanteferen
tantekes, de ~
tantist
tantjen
taor, oep den ~ komen
tap
tap, een ~ scheren
tap, een ~ steken
tap, gelukkige ~
tapbiljart
tapessiersijsse
tapet
tapijt
tapijt, op het ~ komen
tapijtenmarkt, een ~ zijn
tapis-plain
tapissier
tapkraam
tappel
tappeseren
tapsjaar
tarara
tare
taren
tarief, sociaal ~
tarmac
tart
tartaar
tartelet
tartje
tarzantaal
tas
taske
taslampe
tassen
tast nu mijn zakken af
tastement
tata zeggen
tateren
tatergat
taterwaal
tatoeeur
tats
taverne
tavond
taxatie
taxatieambtenaar
taxeren
taxshelter
taxshift
tchin-tchin
tchoektchoek
TD
te
te … zijn om dood te doen
te berde brengen
te beste
te deum
te doen hebben met
te doen, daar is iets ~
te dom om hooi te eten
te frente
te frente kjeiren
te gare
te gepasten tijde
te heurrest
te koop hebben
te kort doen
te laat komen in het laatste oordeel
te lande
te middelen tijd
te morgend
te nacht
te neh
te of ten
te passe
te passe en ten onpasse
te poot
te reke
te root
te schepe en nu moet ge varen
te slecht om tegen den hond zijn gat te smijten
te straks
te veelst
te wensen laten
te zennest
teak
tebber
technicien
techniciteit
technieker
technisch ingenieur
tedekke
tedju
tedorie
teef
teek
teelkok
teelkost
teen
teen buitensteken
teen, dat ligt niet op m'nen ~
teen, dikke ~
teen, ik voel het aan mijne kleine ~
teen, uit zijn ~ zuigen
teen, van kop tot ~
teenbijter
teenslets
teer aan zijn gat hebben
teer, ergens ~ van zijn
teerfeest
teerling
teerpapier
teervoet
téés
teeuwelen
teeuweloàre
tefeite
tefète
tefleus
teflon en beton
tefreint
tefrent
tefrente
tefrente keren
tegare
tegeldans
tegelplakken
tegelplakker
tegen
tegen dan
tegen dat
tegen de kuist gaan
tegen de lamp vliegen
tegen een tempo
tegen niets tegen kunnen
tegen ons Heer om 't hardst
tegen staan
tegen tjok
tegen uw gat
tegen uwe neus
tegen wie zegdet
tegen zetten
tegen zijn goesting
tegen zijn kont sneeuwen
tegen, er niets ~ zijn
tegen, verliezen ~
tegenaangewezen
tegendraads zijn
tegeneen
tegengaan
tegengoesting
tegeniet doen
tegenin, er ~ komen
tegenkanting
tegenkomen
tegenploeg
tegenpreutelen
tegensnebberen
tegenspannen
tegensprekelijk
tegensprekelijk debat
tegensprekelijk, niet ~
tegenspruttelen
tegenstaan
tegenstand
tegensteken
tegensteker
tegenstelbaar
tegenstelbaarheid
tegenstoten
tegenstrever
tegenstroem
tegenstrom
tegentekenen
tegentregeur
tegenvallen
tegenvoets
tegenweurig
tegenwijzerzin
tegenwijzerzin, in ~
tegenwringen
tegenwringer
tegle
tegoedzak
tegoei
tegooi
tegriest
tegriest, iemand ~ rijden
tehunnest
tei
teibas
teijer
teikebas
teilke
teindenenjen
teink
teinzen
teiren
tejust
teken doen
teken, 't is 't ~ dat
tekenacademie
tekening, er geen ~ bij maken
tekke
tekken
tekkerke
tekkerke op den hoge
tekloefe
tekort, zich ~ doen
tekortschatting
tekskeverlos
teksttoilettage
tel, van ~ zijn
tel, van geen ~ zijn
telbureau
telder
tele-onthaal
teleboetiek
teledistributie
teleferiek
teleferique
telefoon
telefoon, ~ hebben (of krijgen)
telefooncabine
telefoonkot
telefoonkraak
telefoonstaak
telefriek
telethuiswerkdag
Teletubbies
teleurgang
televies
televisiereeks
televisioneel
teljoor
telkenjare
telkens
tellen, dat begin te ~
tellen, op iemand ~
teller
Teller VW
teller, terugdraaiende ~
tellevies
telloor
tember
Tember, Den ~
temenis
temidden de
temijnes
temorgend
temper
temperen
tempo, aan dat ~
tempo, tegen een ~
temporiseren
temst
temtatie
temteren
ten alle kosten
ten andere
ten belope van
ten berde brengen
ten dienste, zich ~ stellen van
ten eigen titel
ten gronde
ten gronde, procedure ~
ten honderd
ten laatste
ten laste vallen
ten laste zijn
ten nieten uit
ten onzent
ten persoonlijke titel
ten titel van
ten voordele van
ten vroegste
tenacht
tenavond
tenden
tenden asem
tenden de reke
tendoedendoet
teneergeslagen
tenen
tenen, de ~ uitkuisen
tenen, iemand op zijn ~ trappen
tenen, met zijn ~ spelen
tenen, op de toppen van zijn ~ lopen
tenen, op z'n ~ staan
tenenkrullend
tenennijper
tenenpater
tenenpitser
Tenerife
teneustejoar
teniet doen-zijn
tenietenuit
tenke
tenlasteneming
tennispantoffel
tennisplein
tennisraket
tennissloef
tennistiek
tenoen, ~end
tenor
tensoplast
tent
tentatie
tenteren
tentestokken
tentfuif
tento
tentsletje
tentuurdjot
tenue
tep
tepelhoofd
teppe
tèppen
teppen schieten
ter ere Gods
ter plaatse trappelen
ter vanonder trekken
terbeschikkingstelling
terbinsten
tereke
teren
terf
tergend en roekeloos geding
térik
terlevies
term, zijn ~ doen
termijn, zijn ~ uitdoen
termijnrekening
terminus
termirreltie
teroot
terras, overdekt ~
terrasje, een ~ doen
terrasjesgeneratie
terrasjesweer
terrassen
terre
terrein, op het ~
terreurniveau
terribel
terril
terro-gedetineerde
terstraks
tert
terten
terug
terug opnieuw
terug plezant club
terug van weggeweest
terugbetalingstarief
terugdraaien
terugdraaiende teller
terugkeerwoning
terugkomen, nog ~ in
terugkomen, van een kale reis ~
terugkommoment
terugmatch
terugplooien
terugplooien op zichzelf
terugplooien, zich ~ op
terugsturen
terugtrekken
terugwedstrijd
terweers
terweersdrijver
terwees
terwenst
terwijle
terzelfder tijd
tes
tes en schuw
tesamen
teslaat
tesneusink
tesnuisink
tessendoek
testmatch
testrak
tet
tetebusse
teten
tetenbak
tétijttattuitis
tetje
tetoet
tetse
tetske
tettagère
tette
tettegarage
tettegère
tetteke
tetteke reus
tettemusj
tetten, ergens ~ van krijgen
tettenbar
tettendokter
tettenmadam
tettentoren
tettenwinkel
tettenzak
tettenzot
tetteplet
tetter
tetter, van zijn ~ maken
tetteren
tettergat
tettezjeir
tettezot
tettienk
tetting
tettink
teumen, z'n ~ krijgen
teure
teurken
teus
teusje
teut
teut, goed ~
teut, houd uwen ~
teut, van zijnen ~ maken
teutaf
teute
teute gerard
teutebel
teutebolle
teuteke
Teutereweutere
teutjespap
Teutoontje
teutop
teveel op de boterham
tevreden van iets of iemand zijn
tewege
tewerkstellen
tewerkstelling
texasbroek
tezijnes
tgoh
The Great Old
The sound of chocolate
The voice of Europe
theater, van zijn ~ maken
theaterluik
thee citroen
thee maken
theetas
theewater
theewater, ik voel het aan mijn ~
thema
thema-vliegtuig
theoretisch rijbewijs
theoriseren
thermos
thesis
thuis
thuis, nog niet ~ zijn
thuis, van ~ uit
thuis, van ~ uit werken
thuislevering
thuisleverservice
thuismatch
thuisverpleegkundige
thuisverpleger, thuisverpleegster
thuiswerkalarm
thuiswijs
thuiswijzen
tic nerveux
ticket
ticketten
tidderidje
tiele
tieleboas, zo zot als ~
tielebuis zijn
Tielebuis, zo zot als ~
tielijk
tiellik ip z'n, haar stikken
tien geboden
tien om te zien
tien ton tet
tien, op ~
tienbasser
tiende provincie
tiendschuur
tiene, van ~ negen
tienen
tienerpooier
tienfrankstuk
tienk mien
tiens
tientje
tienuurtje
tiepmie
tier, het ~ hebben
tiercé
tierijn
tierlijk
tiesj
tietaa
tietelen
tietentolleke
tieterke, een ~
tieters
tietsje
tige
tijd , over ~
tijd en boterhammen, met ~
tijd geten
tijd is gelijk soep, als ge dat maakt dan hebt ge dat
tijd, de dure ~ erin brengen
tijd, die ~ is door
tijd, doorheen de ~
tijd, enkele ~ later
tijd, geen ~ hebben
tijd, het zal mijn ~ wel doen
tijd, het zal onze ~ wel meegaan
tijd, in den ~
tijd, in geen ~
tijd, mijnen ~
tijd, op ~ en stond
tijd, van ~
tijd, zoetaan ~
tijdkrediet
tijdritvelo
tijdskrediet
tijdterwijl
tijkeleren
tijn krijgen
tijpen
tijpmachine
tijsen
tijskaart
tik
tik, valse ~
tikken
tikkenei
tikkeneike
tikkenhaan
tikkiticoeur
tikklok
tikske
tillefonstoake
timber
time
time-out
timmerman, het gat van de ~
timmermansgast
timperke
timsel
ting krijgen
tingel
tingelen, zich ~
tingelgal
tingeltangel
tinke
tintenkiller
tinzen
tip
tip-top, de datum staat op zijn kop
tipfout
tiphoos
tipmachien
tippen
tippen, op de ~ van zijn tenen lopen
tippex
tipzak
tir
tiret
tirette
tirez votre plan
tis!
tischen
tist
tist, en andere ~en
tist(e)
titantolleke
titel
titel, ten ~ van
titel, ten definitieven ~
titel, ten eigen ~
titel, ten individuelen ~
titel, ten kostelozen ~
titel, ten persoonlijke ~
titel, ten uitzonderlijken ~
titel, ten vertrouwelijken ~
titel, ten voorlopigen ~
titelen
titelvoerend
titelvoerend burgemeester
tits
titsen
titsen geven of krijgen
titske
tittanteulleke
tittelduif
titularis
tizane
tjaffelen
tjaffeln
tjanken
tjeef
tjeppe
tjeute
tjeuvelen
tjevenstreek
tjeventruc
tjeverij
tjewelen
tjip
tjipke
tjoektjoek
tjoenken
tjoepen
tjoepke
tjoeten
tjok
tjokkelen
tjolen
tjolpen
tjoolder
tjulders
tjunders
tnape
tnegentig
tnennend
töäreke
toarteklui
toastbrood
tob
toc
toch
tochthond
toe
toe toet
toe, den open en ~
toebaat, op ~
toebak
toebak, dat is straffen ~
toebak, geen sjiek ~ waard zijn
toecht
toedoen
toedoen, nestels ~
toedoon
toeduffelen
toef steken
toefer
toeflinge
toegangsexamen
toegangsproef
toegeving
toegiften, ~ doen
toehouden
toehouden, zijn broek niet kunnen ~
toek
toekebol
toeken
toeken, zich ~
toeker
toeklappen
toekomen
toekomend
toekrijg
toekrijgen
toelaten
toelating
toelatingsproef
toeleggen
toemaad
toemaat
toemaatje
toemert
toemertkatje
toemetsen
toemme
toemmerketje
toemmert
toenaam
toenaderen
toenagelen
toendertijd
toene
toenge van lintjes
toenijpen
toenijpen, zijn gat ~
toens
toep
toep, een ~ ketten
toepe
toeplaasteren
toeplakken
toeplekke
toeplekken
toer
toer, een ~ maken
toer, een ~ spelen
toer, gaan we die ~ op
toer, iemand een ~ lappen
toer, nen ~ ein (hebben)
toer, op ~ gaan
toeren in de kappe
toeren uithalen
toeren uitzetten
toeren, dat zijn -
toerijden
toerismebureau
toeristenbureau
toeristentoren
toernavies
toert
toert, oude ~
toes
toesje
toesjmiete
toeslagen
toeslippen
toesmijten
toesnokken
toespaaien
toespang
toespel
toespeld
toespijs
toestand, de ~ is ernstig maar niet hopeloos
toesteken, een handje ~
toestroppen
toestuiken
toet
toetanden
toeteba
toeteke
toetelaar
toetemannen
toeten, van ~ of blazen weten
toeter
toeteren
toeterka
toetertest
toetmem, het is een ~
toeton
toets
toets, een extra ~ aan iets geven
toetter
toetteren
toeveele, een ~
toevijzen
toewijs
toewijten
toewoelen
toezakken
toezens
toezichter
toezwieren
tof
toffe peï
tofke
togati
togen
toile cirée
toilet, naar het groot ~ gaan
toiletpas
toiletteren
toiletzak
Tokio, van hier tot in ~
tokke
Tokkio
tol
tolbakje
tolkantoor
tolkentelefoon, Vlaamse ~
tolp
tom, om en ~
toma
tomat
tomate crevette
tomate farcie
tomatte
ton
toneelkring
toneelmaatschappij
tonen
tonen, laten ~
tonen, meer ~
tong van lintjes
tong, een ~ draaien
tong, mijn ~ hangt tot op mijn tenen
tong, niet op zijn ~ gevallen zijn
tong, over de ~ rijden
tong, over zijn ~ doen
tong, zijn ~ opgeten hebben
töngske
tonifiëren
Tonnekensbrand
tons
tonzend
toog
toog, aan de ~ hangen
toog, den ~ doen
toog, voor den ~ staan
toogabces
toogbaas
toogdansen
toogfilosoof
tooghangen
tooghanger
toogklap
toogmat
toogplakker
toogpopulisme
toogpraat
toogspieren
toogspringer
toogstrateeg
toogzeiker
toogzitten
toogzitter
toogzweer
toole
toolpe
tooltje
toon
toonzaalmodel
toor, iemand ~ doen
Toos
toot
toot, franken ~
tootjespap
top
top over kloten
top, geen hoge ~ scheren
top, ten ~ drijven
topbiljart
topchinees
tope
tope zitten
topère
topgangster
topie
toplader
topligging
toplui
toppeer
toppeir
toppel, zijnen ~ afdraaien
toppen, geen hoge ~ scheren
toppen, hoge ~ scheren
toppen, op de ~ van zijn tenen lopen
toppenbiljart
toppensvol
topsportschool
topstukkendecreet
topstukkenlijst
topstukkenraad
torenpoeper
tornooi
tornooien
torpedo
tot
tot bij iemand
tot de buil eruit is
tot de fate
tot de volgende zitting
tot een dezers
tot een van de
tot een van de dagen
tot hiertoe
tot in de draai
tot in den treure
tot in het keren der jaren
tot om
tot te fête
tot ton
totals
tote
totebel
totem
totemen
totemisatie
totemnaam
totempaal
toten, als de maan drie ~ heeft
totentrekker
totetrekker
totetrekkerie
totje
tots
totse
totsekop
totsen
totskop
totteke
totter
totter, een ~ maken en blijven botsen
totterdood
totteren
tottering
tou tonne
touche
touche hebben
Toumbouctou
toupee
toupet hebben
tournante
tournee
tournée générale
Tournée Minérale
Tournée Vinérale
tous ensemble
tout court
touter
touteren
toutering
toverbol
toveres
towwe
traat
trabant
trac
trac, de ~ hebben
trachten naar
tract
traditionele partij
trado
trado’s
trafiek
trafiekboete
trafikant
trafikeren
trage
trage weg
trage wegen-activist
trage, valse ~
tragel
training
trakker
trala
tralala
tralalieren, op ~ gaan
tram
tram 3,4,5,6
tram 3..(4,5,6), met ~ mee zijn
tram, afgereden van de ~
tram, naar zijnen ~ gaan
tram, onder de ~ gelegen hebben
tram, onder de ~ gezeten hebben
tramar, op ~ zijn
trambedding
trambus
tramen
trampelen
trampolinepremie
trampolinnen
tramterminus
tranche de vie
trancheren
transat
transatlantieker
transfer
transfert
transfo
transistor
transitiehuis
transitmigrant
transitwoning
transmenapien
transmigrant
transmigratie
transparant(e)
transparantiewaakhond
transportfikser
trantelfanten
trantinette
trap
trapbroek
trape
traphal
trapleerke
trappelen, ter plaatse ~
trappen, er neffe ~
trappen, in gang ~
trappen, op gang ~
trappen, op zijn adem ~
trappenhal
trappenzaal
trappéren
trappers, de ~ kwijt zijn
trappers, de ~ verliezen
trapvoddeke
trapzaal
trasbak
trats
trauma
travaans
travaille
travaillisme
travaillistisch
travakken
traveir
traversin
travo
travo, werken in den ~
trawse
treem, stront aan de ~
trees
treffelijk
trefplaats
trefter
trein
treinbedding
treinbegeleider
treinbestuurder
treinbiljet
treincoupon
treinterminus
treintjesgedrag
TreinTramBus
treiteraar
treiterachtig
treiterderij
treiteren
treiterzjat
trek
trek hebben
trek, de ~ van het bloed
trek, een goede ~ doen
trek, er de ~ van weg hebben
trek, in ~ zijn
trek, in de ~ staan
trek, in een ~
trek, op zijnen ~ zijn
trek, van den ~ leven
trekijzer
trekizer
trekkast
trèkke
trekken
trekken naar
trekken op
trekken, amandelen ~
trekken, dat zal er beter op ~
trekken, door het sleutelgat ~
trekken, een foto ~
trekken, een kaartje ~
trekken, ergens op ~ gelijk mijn gat op een kommeke soep
trekken, ervanonder ~
trekken, het lang, kort ~
trekken, het moeten ~ met
trekken, iemand erdoor ~
trekken, in een aantal delen ~
trekken, lotje of lootje ~
trekken, op (n)iets ~
trekken, op flessen ~
trekken, op geen bal(len) ~
trekken, op geen kloten ~
trekken, op geen voeten ~
trekken, te lang of te kort ~
trekken, zijn streng ~
trekkepoot
trekkepoten
trekker
trekorgel
trekpaard, Brabants ~
trekpop
trekstaal
treksteen
trekt uw persienne op
trektang
trekvalies
trekzak
tremen
trenot
trente un
trente-et-un, op zijn ~
tres
trèten
treunte
treurwilg, gij doet ne ~ lachen
treuze
treuzelen
treuzelsteun
treze
trezebees
Trezekens zomer
Trezia’s nazomerke is een schoon nakomerke.
trezioun
tri, een ~ maken
tribbetrote
tribunespeler
tricé
tricée
trichen
tricoloor
tricolore
tricolore vod
tricot
Triebeltrote
triem
trien
triep
triëren
triest
triestig
triestig gesteld
triestigaard
triestige plant
triestzak
trijfelen
trijs pallul
trilschel
trimaar
trimestrieel
trimmen
trinet
tring
triomfklok
tripartite
tripmadam
triporteur
trippeltenen
trippeltrappen
tris
trischen
trischer
trisee
trissen
trisser
trits
tritsbak
tritsen
trizee
tröänke
trochelen
troddel
troebels
troef
troefel
troeffel
troeffel, met de ~ binnen en met de kruiwagen buiten
troel
troela
troemp, een ~ opzetten
troep
troepelbees
troepenschouw
troeten
troevenaas
troffelschup
troien
trok
trok, van den ~ leven
troksken doen
trollebus
trommelinge
tromp
trompen
tromperen, zich ~
trontienette
trontinette
troon, op zijn ~ zitten
troostpost
trop is te veel
Tropisch Instituut
troppel
trossel
trot
trot, op ~ zijn
trote
trotnot
trottinette
trottinetten
trottinettenkoers
trottoir
trottoir, den ~ doen
trousse (troese)
trouw
trouw
trouwboek, halve(n) ~
trouwer
trouwer, schieten voor nen ~
trouwgast
trouwjubilee
trouwkleed
trouwkoppel
trouwma
trubbeling
truc van luie sjarel
trucs van de foor
truffel
truffelslag
trui
Truiens
truken van de foor
truken van luie Sjarel
trukken van de foor
trul
truldop
trulle
trulleman, trullemie
trullen
trumperen, zich ~
truntaard
trunte
truntekoesse
trunten
truntepater
trutangel
truten
trutse mussels
trutselen
trutte
truttebees
truttebel
truttedekker
truttelakker
truttelap
truttelekker
truttemezuster
truttemie
truttenhaar
truuksjlaag
truukske
truut
truut in pakskes
truut, genen ~
truweel
truzzel
ts
tsiepen
tsiepmuile
tsijn(es), vantsijn
tsjarel
tsjeeëntig
tsjeef
tsjefasteg
tsjestig
tsjeven
tsjeventruc
tsjeverij
tsji tsji boy
tsjiepekes
tsjiepen
tsjing
tsjingel-tsjangel
tsjingeltsjangel
tsjingen
tsjip
tsjip
tsjip tsjip en gedaan
tsjobbelen
tsjoekentrein
tsjoektsjoek
tsjoep
tsjoepen
tsjoepke
tsjoezeplekke
tsjok
tsjol
tsjolk
tsjollen
tsjoolaore
tsjoolder
tsjoolen
tsjooln
TSO
tub
tubbe
tube
tuchel
tuchelen
tuchtdossier
tuëte
tuf
tuffen
tuffer
tufmadolle
tugzweere
tuiboot
tuieren
tuig
tuig, zijn ~ uithalen
tuikelen
tuimelperte
tuimen, zijn ~uitwerken
tuin
tuin
tuinkot
tuinstraat
tuinzetel
tuiser
tuit
tuite
tuke
tukkebollen
tulderen
tulders
tulest
tumelète
tumelette
tummellets
tunders
tunet mijn kar
tunnelgate
tunnelgate-commissie
tunnelkoker
turboplan
tureluut
turf, een dikke ~
turfkantoor
Turk, roken (smoren) als een ~
turkenbrol
turketerf
turkse wc
turnavies
turnen
turners, de ~
turnkledij
turnkring
turnleider
turnles
turnmeester
turnpak
turnpantoffel
turnsloef
turnzaal
turteltaks
tussen ... tussenin
tussen de soep en de aardappelen
tussen de soep en de patatten
tussen de twee
tussen één en twee
tussen haakjes gezegd
tussen lomp en zot
tussen twee vuren
tussen-n in combinatie met man. znw.
tussen, er voor iets ~ zitten
tussendoor
tusseneen
tussenflipperen
tussenfoefelen
tussenin
tussenkomen
tussenkomst
tussenslippen
tussensmijten, (er) ~
tussenspurt
tussentaal
tussentener
tussenverdiep
tussenvoegsel in een naam
tut
tut, er den ~ van geven
tuten
tutje
tutjespap
tutsen
tutte
tuttebel
tuttebollen
tuttefles
tutteflut
tuttefluttenbak
tuttefrut
tuttefrutbol
tuttefrutkast
tuttefruttenbak, uit de ~
tuttematoaien
tutten
tutter
tutter, het aan zijnen ~ hebben
Tuttere-wuttere
tutteren
tutterfrut
tutterfrutbak
tutterfrutbol
tutterfruttenbak
tuttut
tututut
tuub
tuub, platten ~
tuub, vollen ~
tuupe-tegoare
tuupesteke
tuut
tuutje
tuutschieten
tuyau
tuyaux
tuzend
tv-dekentje
tv-programmatie
tv-reeks
tv-worstje
TV2015
tveertig
tvijftig
twaalf stielen, dertien ongelukken
twaalfden, voorlopige ~
twaalven
twaalven, onthouden van den ~ tot de noen
twaalver
twalseree
twee doen
twee gewichten, met maten en twee ~
twee keer niks
twee maten, met ~ en twee gewichten
twee pk
twee woorden, met ~ spreken
twee, geen ~ zonder drie
twee, met ~ maten en ~ gewichten
tweede (met bijv.naamw.)
tweede graad
tweede grootste
tweede sinksendag
tweede verblijf
tweede zit
tweedegraadsovertreding
tweedeverblijver
tweeën
tweegevelwoning
tweelandenland
tweelingnaald
tweeloop
tweepartite
tweetalig
tweetalig, functioneel ~
tweetalig, perfect ~
tweetiket
tweevaksbaan
tweevaksweg
tweewoonst
tweezak
tweezak
tweezit
tweezitzetel
twelf
twellef
twi-jes
twijfel, in ~ stellen
twijn
twintelen
twintig voor (~uur)
twintigfrankstuk
twist, laat een kwaad woord onbesproken, het antwoord maakt de ~
twistgeval
twitter, den ~
twitterees
twoarsen
type~
typeantwoord
typebrief
typecontract
typeformulier
typegeval
typeovereenkomst
typevoorbeeld
typevraag
typfout
Typisch Vlaams
typische leeftijd
typmachien
tzestig
tzeventig