Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
non-nonnetje-zusters
Middelnederlands: ‘nonne’ (vgl. angelsaksisch ‘nunne’ of oudhoogduis ‘nunna’)
Tante Elodie, de tante van mijn pa, kan uren vertellen van haar jaren missie in Kinshasa. Elodie is een brave nunne.
vulpotlood
< Frans ‘portemine’
Jan moet nooit zijn potlood scherpen, want hij schrijft altijd met een portemine.
kier, spleet, langwerpige opening
piekenier, ordehandhaver in de kerk (jaren ‘40-’50-’60)
ook wel ne swiss genoemd, droeg een zwart lang kleed (jas) in fluweel, en had een soort staf (piek of hellebaard) in de hand, had ook een speciale hoed op.
Cesar, oude man was dé swis (piekevent) in ons dorp.
Hij was als het ware den baas in de kerk.
voor de noen. Voor de middag. A.M.
< Latijn n?na
zie ook: achternoen
Je moet in de voornoene nie komen want dan ben ik niet thuis.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.