Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
marktganger, iemand die naar de markt gaat
Uitspraak in de Ant. Kempen: markt: /mét/, markter: /métter/
De markters reden ’s morgens vroeg al met de velo naar Herentals.
marktganger, iemand die naar de markt gaat
Uitspraak in de Ant. Kempen: markt: /mét/, markter: /métter/
Vroeger gingen de mannen op zaterdag vissen naar Holland en de vrouwen reden met de bus markten in Tilburg.
blaadje
Hier worden zowel boombladeren, als papier, als reclamedrukwerk mee bedoeld en sigarettenblojkes
Kempen; bleujke, bleureke, sigarette/bloaweke/(korte klank) maar een /bluidje/ (korte klank) van een boom of van een boek.
‘t Es naojaor, de blojkes valle van de boeëmen.
(’t Is najaar, de bladeren vallen van de bomen)
De brievebus stekt wee vol me blojkes.
(De brievenbus steekt weer vol met reclame)
1. blaadje
2. vloeitje
3. vensterblind, later ook gebruikt voor rolluik, overdrachtelijk ook ooglid
4. bladje (van een plant)
uitspraak blojke
zie ook: blaffetuur, persienne, bloake, bleureke, boekske
Hee der iemand blaaikes bij om nen toet te rolle?
Mijn blaaikes valle toe van de vaak…
La Esterella die een groene bloemekee krijgt: Het zijn allemaal blaaikes…
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.