Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
onnozelaar, idioot zie ook wietie, wietlewaai
Die wieten kent er niet veel van.
een kinderachtig onnozel persoon
wieten
Die wietie weet niet wat hij zegt.
“Jochen, zitte gij nu nog te pitten? Gij godverdomsge wietie. Wietie!”
Moet daar ni teveel mee omgaan mee diene wietie.
Om zoiets doms te doen, daarvoor moet je een wietjepoep zijn.
ik zou er iets van krijgen
soms zegt men in een andere regio :ik zou er het schijt van krijgen
zie ook: webbe, er de ~ van krijgen, systeem, floeren, er ne ~ van krijgen
Ik krijg er de weubes van als ik hem zo bezig zie.
pissebed
WNT:
6. In O.-Vl., Brab. en Limb., benaming voor de pissebed. Verg. ook de samenst. keldervarken, molenvarken, muurvarken, pisvarken, stekelvarken, zijvarken, varkensbeest, varkensluis en de verb. dik varken, wild varken. In vier vijfde van het ndl. taalgebied wordt dit dier met het onder 1) ‘varken’ genoemde vergeleken. Aangezien dit gebied, het niet-ingwaeoonsche, samenvalt met dat waarin vroeger het wilde varken voorkwam, zal, mede wegens de grijze kleur, aan vergelijking met deze variëteit gedacht moeten worden (zie Kloeke (1939)).
zie kelderzeug
Het wiëdt haug tijd dat ve de kalder nog èns sjaunmaoke, de wil verke koëme dich tiëge op den trap (hoog tijd dat we de kelder nog eens schoonmaken, de pissebedden komen je tegemoet op de trap)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.