Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
het is bagaar
ruzie, zie ook ’t is kermis, ambras, lageir, koekenbak
→ Fr. la bagarre (opstootje, schermutseling)
Toen haar man gisteren thuiskwam, was het weeral bagaar. We hoorden ze roepen tegen elkaar.
(ingebracht door ekkikke 14 aug 2008 12:56)
gammel, sukkelend, aftands
vgl. kramikkelig of krammikkelig, krammakkelijk
WNT:
Modern lemma: kramachel
— KRAMAKKEL —, bnw.
Sukkelig, ziekelijk.
“Zijn voertuig … was een kramakkelachtig gereedschap” J. V. Rijswijck
“Wat begint dat oud manneken kramachel te worden” Schuerm.1865-1870).
Ze waren met hun kramakkel autootje toch tot in Bretagne geraakt. Daar had het de geest gegeven.
gammel, krammikig, krammikkelig, kramakkel (acht)(ig)
ook van een persoon of dier: sukkelend, moeizaam, onstabiel
WNT:
Kramakkelijk, (Vl.-België) sukkelend, gebrekkig, gammel.
“Als hij thuis kwam moest hij zijn moeder helpen, die meer en meer kramakkelijk werd”. De Meyere R. Schavak (1909).
Die stoel was zo krammakkelijk dat ik er niet op dierf gaan zitten.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.