Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Stoppen, weggaan van een werk, hetzij door ontslag, hetzij door zelf weg te gaan. Vooral in de visserij een gekende uitdrukking. Tuig in de betekenis van de eigen bezittingen die op het schip liggen.
Als je niet beter presteert mag je volgende reis je tuig uithalen!
Als ik niet beter betaald wordt ga ik algauw mijn tuig uithalen.
een ligstoel, bv. op het strand
VD2013 online: Belgisch-Nederlands
vgl. strandzetel, pliang.
Met dat warm weer in een ligzetel onder een parasol met een boek en een frisse pint, dat is pas vakantie.
Ligzetel op het strand. Opplooibaar, vandaar de Franse benaming. Plier is plooien, opvouwen.
Waar is mijn pliang naartoe? Ik wil naar het strand!
Opruimen. Alles klaarmaken voor vertrek of voor het stoppen van een bezigheid.
Moeder zei ’s avonds altijd tegen de kinderen: maak maar reglement; het is bedtijd.
Vis, een paar uur vooraleer klaar te maken, bestrooien met grof zout om het vlees vaster te maken. Bekende methode aan de kust. Spreek uit: sprienkzoeten met korte oe.
Zijn de fileetjes al gesprinkzoet? Ja, bak ze maar.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.