Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
vastpakken zonder doel, weer neerleggen, opnieuw vastpakken… met als effect: vingerafdrukken (bah!)
West-Vl: bepotelen
OOk Antwerpse Kempen: situatie op de markt: Die appelsien ni nemen, die is bedabbelt, er zijn plekken op, ziet ge da ni?
Bedabbelt dat stuk chocola zo niet!
zich haasten /‘b.e z.e/ /’gee v.e/
ook in Antwerpen en in de Kempen
zie zwam geven, pulle, gaas geeveuh
Ik moet hier serieus gaan beuzze geven of ik mis mijn trein.
uitgaan
/oep gàànk gon/
’t Is weer weekend, de jeugd gaat weer oep gank tot een kot in de morgen.
spatten (SN) in de zin van druppels rondzwieren
zie ook: dressen, dretsen, spetsen
De hond is in het bad geweest en met zich te schudden, dritst hij heel de badkamer onder.
Het is een onzichtbar fantasiewezen dat in het korenveld tussen het koren leeft.
Meestal werd dit gebruikt om kinderen af te schrikken zodat ze niet in het korenveld gaan spelen, om het plat trappen van het koren te voorkomen.
“Kinderen, ga buiten spelen maar niet in het koren komen want de korenpater zit daar en die pakt alle stoute kindjes mee.”
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.