Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
tintelen of suizen van oren (gezegd als iem. terug binnenkomt, nadat de achtergeblevenen achterklap gespuid hebben over de afwezige)
“Mijn oren singelen”, zei de Guu. “Hebt ge mij voldoende kunnen zwartmaken, terwijl ik buitenstond?”
(variant) “Mijne neus joekt” (= jeukt)
tintelen of suizen van oren (gezegd als iem. terug binnenkomt, nadat de achtergeblevenen achterklap gespuid hebben over de afwezige)
“Mijn oren singelen”, zei de Guu. “Hebt ge mij voldoende kunnen zwartmaken, terwijl ik buitenstond?”
bekomen wat iem. toekomt, voldoende krijgen.
Hij had naast ne printer ook ne scanner gevraagd en hij is aan zijn garant gekomen. Hij is de koning te rijk nu.
verkoudheid
kan ook een ‘vastgeroeste valling’ zijn, als ze niet verdwijnt
Ik heb heel de dag moeten hoesten, ik denk dat ik een valling heb.
prijs hebben, het zeel aan hebben, het zitten hebben
Een half vingerhoedje genevel en dan in zijnen auto stappen. Als ze hem vijf minuten later tegenhouden om te blazen, dan ee tem van jan! (commentaar van de Guu)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.