Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
een ijsje
“as ’t warrem is, gommen e pakske kaat fretten”
(wanneer het warm is, gaan we een ijsje eten)
gespierd (in sommige regio’s betekend het ook stevig gebouwd)
zie Serena Williams is spelen, ‘tis echt een geblokt’ hé
buikspieren.
“Mijn zus aar lief eeft echt blokskes: daar valts’op”
“Mijn zus aar lief eeft echt blokskes: daar valts’op”
persoon die graag en veel reist (hoeft niet noodzakelijk naar een eiland te zijn)
Ons ma is nen echten eilandhopper, in de krokus zit zop Tenerif, me pausen op Tirol en von de zomer gauze naur Spênne.
(AN: Ons moeder houdt van reizen: tijdens de krokusvakantie ging ze naar Tenerife, met Pasen naar Tirol (skiën, vandaar de “op”, die “op de berg, piste” betekend") en deze zomer gaat ze naar Spanje)
veiligheidsspeld
zie slutspelle, toespel, toespang, toespelle
Er is een knoop van mijn broek, even een toespeld er in en hij is weer gemaakt.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.