Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door malfet

    scheef gaan
    (ww. ging scheef, scheef gegaan)

    heel dronken, stoned zijn
    zie ook scheef, begaaid

    Ik gan efkes nar buiten want ik zen echt scheef aan ’t gaan.

    Moete gij wa water drinken? Da’s goe tegen ’t scheef gaan.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door malfet op 08 Aug 2022 20:19
    0 reactie(s)

    brokken
    ((ww.) brokte, gebrokt)

    overgeven of kotsen

    zie ook: spouwen, spougen, spijen, spauwen

    Ik heb zwaar moeten brokken van al diejen amaretto.

    Houdt de wim zen haar vast, dieje sta te brokken.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door malfet op 08 Aug 2022 20:10
    1 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.