Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Bijnaam voor inwoner van Beveren-Waas.
zie : puit
Er zijn twee historische verklaringen voor “puitenslagen” :
1) een seizoensgebonden beroep waarbij armere mensen de rijken voorzagen van een voorraad kikkerbillen, de zgn. “puitebillekens”
2) het gestaag met een wis op het wateroppervlak van de kasteelgracht slaan waardoor de kikkers ophielden met kwaken, zodat de nachtrust van de kasteelbewoners niet verstoord werd.
Vroeger waren er veel puitenslagers, er zullen nogal wat kikkerbillen gegeten zijn toen.
lange, dunne, flexibele tak, soms als zweepje gebruikt
met een bundel van deze takken vormt men een roede.
Vroeger diende men lijfstraffen toe op school. Toen kregen ze nog van de wis.
met lege handen
Ge moet niet ijlshands naar boven gaan, pak wat spullen mee die op zolder moeten.
Persoon die niet veel voorstelt, waar men weinig respect voor heeft, die men vervelend vindt.
Waardeloos en vervelend als een scheet.
Die broekhoest zou beter zwijgen, bluffen kan hij wel maar resultaten boeken is wat anders.
ik zal je kletsen op de poep geven
zie klets
Ik zal uw gat eens warmzetten als je niet luistert stouterik!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.