Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Marcus

    berd
    (het ~, ~en)

    afneembaar achterste deel van een houten kruiwagen,
    het achterluik van een kipwagen of de zijluiken van een vrachtwagen
    VD 2018: bred (plank ach­ter in of op de zij­kant van een boe­ren­wa­gen)
    ook: bard

    Etymologie: Oudnederlands ‘bert’. Vgl. D ’Brett"

    Doe het berd er maar uit! Anders krijgen we het materiaal niet in de kruiwagen.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Marcus op 23 Dec 2018 11:24
    2 reactie(s)

    keidood
    (bijv. naamw.)

    morsdood,
    doodmoe
    zie ook steendood

    “Auto belandde in de gracht, wij op de grond. Ik en Kevin zware kneuzingen en fietsen perte totale. Een halve seconde vroeger en we waren allebei keidood.” HLN 100814
    “Ik ben naar huis gegaan, heb mijn kat vastgebonden, met kilo’s klei ingesmeerd en een nachtje laten drogen. ’s Anderendaags was dat beest natuurlijk keidood.” (http://www.demoeial.be/artikels/10978/)
    “k mocht dan mee gaan zwemmen in het Netepark en daarna naar Hidrodoe. (ik was keidood ’s avonds !)” (http://www.bloggen.be/)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Marcus op 23 Dec 2018 11:09
    0 reactie(s)

    poempaf
    (bw)

    doodop, stikkapot, keidood

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Pompaf, bekaf; gewestelijk in Vl. België (Corn.-Vervl.).
    Verg. de uitdrukking ‘iemands pomp is af’: zijn krachten zijn uitgeput.

    We zijn de hele dag gaan fietsen, ben poempaf.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Marcus op 23 Dec 2018 11:09
    0 reactie(s)

    motres
    (de ~, ~en vrouw. zelfst. nw.)

    lief, beminde
    < Frans maîtresse (meesteres)

    Daar hebben de verloofden ook elk en aparte naam: de jongen heet er safteur (elders serfteur) (rijmt met deur) en het meisje
    - schrik niet – motres (ook een bastaardwoord, maar dan in z’n oorspronkelijke, onbesmette betekenis, volgens Gallas ook de oude betekenis van maîtresse!).
    (https://www.dbnl.org/tekst/ons003196801_01/_ons003196801_010101.php)

    Regio Westhoek
    Bewerking door Marcus op 23 Dec 2018 11:00
    0 reactie(s)

    preut
    (de ~ (v.), ~en)

    vrouwelijk geslachtsdeel, foef, miemel, prut, preute

    VD 2018 (vul­gair) vrou­we­lijk ge­slachts­deel (zonder verdere aanduidingen)

    zie ook andere betekenissen van preut

    “Altijd maar die preut. Wij, mannen, zijn erdoor geobsedeerd, zeker als je, zoals ik, nog maagd bent. Ik wou dat je voor je verjaardag een preut als cadeau kon vragen.” H. Brusselmans, De Qualastofont, 2013.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Marcus op 22 Dec 2018 15:20
    2 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.