Wijzigingen door Marcus

pee, een ~ steken

(uitdr.)

iemand een neuk draaien, iemand verraden
zie neuk, iemand ne ~ draaien

moette

(de ~ (m./v.), ~, ~ke)

kalf, (fig.) dommerik

e moetteke: kalfje

vnl. in de uitdr. “moettekes zitte èn de stal” (zegt men tegen een kind dat iets “moet” hebben)

vgl. metteke- (mettekensknieën)

zie ook meutte
West-Vlaand.: mutten

moette

(de ~ (m./v.), ~, ~ke)

kalf, (fig.) dommerik

e moetteke: kalfje

vnl. in de uitdr. “moettekes zitte èn de stal” (zegt men tegen een kind dat iets “moet” hebben)

vgl. metteke- (mettekensknieën)

zie ook meutte
West-Vlaand.: mutten

Jozef

(eigennaam)

de voornaam Jozef heeft in Vlaanderen veel verschijningsvormen:
Josephus (verouderd) was de officiële Latijnse vorm die in overwegend katholieke gemeentes geëist werd bij de inschrijving in het bevolkingsregister;
de Franse uitspraak “Joseph” met /zj/ en klemtoon op de tweede lettergreep is nog vrij algemeen;
Jos, Jef (algemeen);
Josse (Brabant);
Seppe: provincie Antwerpen (ook Sebastiaan wordt tegenwoordig afgekort tot Seppe);
Seep, Teep en Teppe (Antwerpse en Limburgse Kempen, verouderd);
Zeppe (Haspengouw);
Tjeef (Gent, verouderd)

zowel teppe als tjeef zijn scheldwoorden geworden

de verkleiningsvorm Jokke /zjokke/ is algemeen in de provincie Antwerpen en het Hageland (zie voor dit laatste ook Jakke en commentaar);

verengelste vormen: Joe en Jeff (het laatste is eigenlijk “Jeffrey” of “Geoffrey” wat hetzelfde is als Godfried)

apotheker, vuilen ~

(vaste woordgroep)

zie vuilen apotheker