Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
drukt bijval uit, meestal met een zekere mate leedvermaak
Die gast kon zijn poten niet thuis houden op de bus en hij kreeg me daar een safflet van dat meiske… en alleman lachen natuurlijk. Zjust goe!
werkbank van een diamantslijper
een leergast “zat achter de molen” om de stiel te leren.
zie molen, achter de ~ zitten
De Antwerpse diamantairs Hendrik Cassiers en Frans Dela Montagne lieten de eerste slijpersmolens installeren in de Antwerpse Kempen.
- diamant
- verzamelnaam van de diamantwereld: slijpers, klievers en snijders,…
Het slijpen van het steentje is meer en meer tot de tijd van toen gaan behoren.
Als het slecht gaat in ’t steentje, gaat het niet goed met de economie. De mensen voelen dat in hunne portemonnee.
In 1876 bracht Jan Claes ‘het steentje’ naar Nijlen en bouwde daar de eerste diamantslijperij met meer dan 1 molen.
slagmolen, olieslagerij
De smaatmiële ès aofgebrand (de smoutmolen is afgebrand – gezegd als een fiets, kruiwagen of derg. erg piept).
molen waar olie wordt geslagen (uit koolzaad bv.), olieslagerij
zie smoutmolen
(woord is mogelijk ook buiten Limburg bekend)
Waajer op on de biëk zieste nog de aa slaogmiële (Verderop aan de beek tref je nog de oude slagmolen aan).
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.