Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
een grote knikker
zie ook bolleket synoniem: boemeket (A.Kempen)
Als ik die boem leg zijn er veel kandidaten om te schieten.
dikke knikker
ook in Steenhuffel, Merelbeke, Gent
Kempen: boemmeket
zie ook boem
< bonket, ook bolket, bolleket. Zeker een afleidsel van bonk met het Romaanse achtervoegsel -et, zoals in parket.
Bonk in de betekenis van been van het dierlijk lichaam. (WNT)
Wilt ge die bolleket ni ruilen voor 5 marbels?
elastiek
vgl. rekker
Ik had altijd een baske onder mijn rek op ’t stoeleke van mijne velo.
bijdrage voor onderhoud van het kerkgebouw
Jan van Sus van Wiebes ging altijd rond voor het stoeltjesgeld in de kerk.
was een oudere vrouw die de stoelen schikte in de kerk. Na de preek kwam ze rond bij de kerkgangers om het stoeltjesgeld te innen.
Als kind hielden we de centen voor de schaal en de stoeltjeszetster zorgvuldig in de hand. We mochten er niet mee spelen en vooral niet laten vallen…wat natuurlijk iedere keer wèl gebeurde.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.