Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
een beroep uitoefenen
meestal in vraagvorm, wanneer men informeert naar iemands beroep, (verouderd)
Morgen breng ik mijn vriend Louis mee naar huis, moeder.
Zo, waar woont die, en wat trekt die ter hand?
er thuis vandoor gaan, zijn partner verlaten
(bestaat in vele varianten zoals “sigaretten gaan kopen” enzovoorts)
Is den eerste vent van Linda van de mulder eigenlijk gestorven? Maar neen, die is op ne zateravond nog eens naft gaan halen.
armelijk
(misschien is het een samenstelling van eirem (arm) en mét (markt), dus iets dat van een armenmarkt of arme markt komt; nog waarschijnlijker is de oorsprong (arm) + (achtig) wat in het dialekt "eiremechtig"wordt, en nadien door assimilatie van “ch” en “t” tot “eiremettig” leidt)
Da menneke was altijd zo eiremettig aangestoten. (Zie aanstoten)
armelijk
(misschien is het een samenstelling van eirem (arm) en mét (markt), dus iets dat van een armenmarkt of arme markt komt; nog waarschijnlijker is de oorsprong (arm) = (achtig) wat in het dialekt "eiremechtig"wordt, en nadien door assimilatie van “ch” en “t” tot “eiremettig” leidt)
Da menneke was altijd zo eiremettig aangestoten. (Zie aanstoten)
geen welstand
zie ook eiremettig
In dit huis is erremoei troef,kijk maar eens binnen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.