Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
De nieuwbakken papa die met zijn vrienden de geboorte van zijn kind gaat vieren omdat de baby niet scheel zou worden zien.
NL: Noord-Brabant: het scheel eraf drinken
Proficiat he papa, met de geboorte van uw dochter, wanneer gaat ge het scheel eraf zuipen?
(schertsend) getuige zijn bij een huwelijk
zie getuig
- De Seppe trouwt de naaste week.
- Echt? En wie moet het getuig dragen?
vlaggen, het ~ hebben,
zitten, het ~ hebben,
spek, het ~ aan zijn been hebben,
rekker, het aan zijne ~ hebben,
snare, het aan zijn ~ hebben
het aan zijn broek hebben,
met iets opgezadeld zitten, …
WNT geeft een beperktere toepassing: Het zeel aanhebben, met het karwei opgezadeld zitten. Gewest. in Limb. Staelens (1982).
WNT geeft ook nog: Het zeel aanhebben, aan den haak geslagen zijn. Gewest. in Vl.-België.
Ze heget (heeft het) zeel aan, van een ongehuwde, ze is verleid, Cornelissen (Bijvoegsel 1938).
Overigens geeft WNT nog heel wat andere uitdrukkingen met zeel, waarvan ik er geen enkel ken. Behalve aan één zeel trekken – zie zeel, aan hetzelfde ~ trekken
Andere regio’s?
Lap, we hebben ’t zeel aan: file op de ring vanaf Borgerhout.
de dupe zijn, de sigaar zijn, “het zeel aanhebben”, het te pakken hebben
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal
zie ook
spek, het ~ aan zijn been hebben,
vlaggen, het ~ hebben,
rekker, het aan zijne ~ hebben,
snare, het aan zijn ~ hebben
zeel, het ~ aanhebben
Ik ben heel gevoelig voor migraine, bij het minste heb ik het zitten.
Lap, we hebben het weer zitten!
Zelfs als de zee kalm is, heb ik het zitten. Ik ben telkens drie uur misselijk.
Miljaarde, ik heb het weer zitten. Ik moet bijbetalen voor de waterafrekening.
het zitten hebben, er aan zijn (voor de moeite), er niet onderuit kunnen
ook: te diep in het glas gekeken hebben
zie jan, van ~ hebben,
spek, het ~ aan zijn been hebben,
zitten, het ~ hebben
zeel, het ~ aanhebben
Nu is het zijn beurt. Hij heeft het ook vlaggen.
(Bij de verkiezingen uitgekozen worden om te tellen)
Er is ’t schijnt een griepepidemie. De Jean heeft het ook vlaggen.
Zie die daar waggelen, die heeft het ook goed vlaggen.
KBC heeft het vlaggen: Van Overtveldt onderzoekt nulrente (demorgen.be)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.