Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Bekijk alle (8) wijzigingen van deze gebruiker.
Een brats is nooit nie thuis altijd, op trot.
Wa’s me da. Ik vind u nooit ni in uw kot! Altijd eweg!
’k zal u dan maar een gsmmeke sturen zeker? Salukes hé.
Ze kunnen in ’t vervolg hun plan trekken.
Die lui hadden in ’t verleden zodanig van mijn goedwilligheid misbruik gemaakt, dat ze nu hun plan maar op hun eentje trekken.
Standaardtaal = denkspoor, optie.
Herman Van Rompuy: "De meeste denkpistes van het Europese crisismanagement liggen nog open.
kasseien
E was zoë poepeloere dat em stroempelde eujver de boddelstiënen. (Tiens dialect)
(Hij was zo dronken dat hij struikelend over de kasseien sukkelde.)
Bekijk alle (1) reacties van deze gebruiker.
Hoechel is een bosje struiken. Wordt dus meestal in het meervoud gebruikt al “hoechelen”. Hij ligt acht de hoechelen wordt ook gebruikt in de betekenis van “hij is zat, buiten westen, doodziek, en nog meer van die onhebbelijkheden”.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.