Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
een kuur, een loet, gril
meestal van ongeduld of omdat men zijn goesting niet krijgt
zie meer bij petteke, het ~ in hebben
ook in het Hageland
Als dat kind een pet krijgt, is daar niet veel meer mee aan te vangen (aanvangen).
> andere betekenis van pet
een vrouwelijk persoon die kan petten
zie ook petteren, pet, een ~ krijgen of hebben, petter, pettejoenk, loeten, zijn ~ hebben
Ons Nancy, als die klein was en die kreeg haar goesting niet, dat was een grote pet. Dan trok ze een lip en hare kop hing dan naar beneden. Als ge er iets tegen zei dan werd ze razend.
> andere betekenis van pet
een joint
Pfft, ik heb te veel petjes gerookt, ik geraak nooit meer thuis.
Rollen we nog rap een laatste petje voor het slapengaan?
> andere betekenis van pet
zoen
zie synoniemen in andere regio’s bij bees
Jolientje gaf haar bomma een zacht toeteke op haar kaak.
> andere betekenissen van toet
papieren zak, puntzak; (ook) hoorn tuut
(in de winkel) Zal ich ‘t oech èn e tietsje doên? (zal ik het u in een zakje steken?)
Lot daaj toêt mêr, ich stèèk ’t wol èn m’n kelbas (ik hoef geen zak, ik steek het wel in mijn boodschappentas)
Krèèm èn ’n toêt (ijs in een hoorntje)
E tietsje kaad (oudste benaming voor een ijsje: werd destijds in kleine zakjes verkocht)
De toêt van Krèèmgus (de roephoorn waarmee Crèmegus, een legendarisch figuur in Bilzen, mededelingen afriep op de woensdagmarkt)
> andere betekenissen van toet
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.