Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
bedekt café, plaats waar illegaal drank wordt geschonken
“Bij Manse was ’t kantien. Daar kwamen alle laveiers (= stropers) uit de omtrek.”
draaiboom
‘de balie spannnen’: (kindervertier) zonet gehuwden bij het buitenkomen van de kerk met een touw de weg versperren, waarbij ze hun ‘vrije doorgang’ moeten afkopen met een envelopje met geld
“De koeien zijn uitgebroken; de balie stond open.”
“De laatste keer dat ik hier de balie heb weten spannen was bij de trouw van de dochter van de doktoor.”
in de woonkamer
“Is va in huis?” “Neen, hij zit in de kamer (= ‘de schone plaats’).”
constructie om
- in de derde persoon: aan te geven dat iemand is vertrokken om de in de infinitief genoemde activiteit uit te oefenen;
- in de eerste persoon: aan te geven dat iemand aanstalten maakt om te vertrekken om die activiteit uit te oefenen.
“Waar is vaken?” “Vaken is werken.”
“Ik ben slapen. Ga-je zélf de wekker zetten?”
lolly
“Ik heb vandaag mijn pree gekregen, maar mee tweeë frank doe-je niet veel niet meer. Vroeger ho-je d’r nog tweeë zure stampers veur. Maar ne muilentrekker (= zeer zure lolly) kost al vijf frank.”
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.