Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    ambeteren
    (ww. ambeteerde, geambeteerd)

    lastigvallen, ergeren, irriteren, vervelen, plagen

    Fr. embêter

    Sorry dat ik u hier kom ambeteren, maar het is echt dringend.

    Wij zijn de mannen die de gas doen brannen,
    De klinken repareren en de maskes ambeteren!

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 27 Sep 2012 12:09
    2 reactie(s)

    los

    moeiteloos, zonder enige inspanning, vanzelf

    Een atlete gelijk Vlasic springt op training los over ne meter 89.

    Toen da den auto ene keer uit den bocht was gevlogen ging het rap: eerst nog wa door de wei en toen los op nen boom. Op slag dood.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 24 Sep 2012 17:24
    1 reactie(s)

    lorejas
    (de ~ (m.), ~sen)

    grote slungel, plaaggeest

    WNT: Modern lemma: lorejas
    - lorias -, znw. m., mv. -sen. Wellicht samenhangende met Lor en Leur
    In een groot deel van Z.-Nederl. in gebruik voor: deugniet, schobbejak; ook wel voor: lomperd of verwaand mensch (zie de idiotica).

    ”Willen we dan gaan zwemmen?” opperde Bertje, die wellicht aan ’t bedenken was geweest dat ze een zoo schoonen vrijen namiddag toch niet mochten laten voorbijgaan, zonder een enkelen guitenstreek of eenige deugnieterij te verrichten. Daarvoor waren ze ”lorejassen”! Bollansée
    Laat die kinderen gerust, leelijke lorejas! Corn.-Vervl.
    O die lorias! hij drinkt gedurig en betaalt zijn schulden niet, Joos (1900-1904).

    Die lorejas laat niemand gerust.

    Regio Mechelen
    Bewerking door de Bon op 24 Sep 2012 17:20
    1 reactie(s)

    meevozen
    (ww., voosde mee, meegevoosd)

    stilletjes hetzelfde zeggen, goedkeuren, steunen

    < meevooizen < vooizen < voois < Middelnederlands vois < Oudfrans voiz (Frans voix) (bron: WNT)

    In heel die kwestie zal de penningmeester natuurlijk meevozen met de voorzitter.

    Tijdens het gesprek voeisde de Pol maar wat mee met zijn vrouw.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 24 Sep 2012 17:15
    1 reactie(s)

    loontrekkende
    (de ~ (m.), -n)

    gesalarieerde, bezoldigde

    De koopkracht van de loontrekkenden en de sociaal verzekerden is gespaard. (SN: De koopkracht van de gesalarieerden en de uitkeringsgerechtigden is buiten schot gebleven)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 24 Sep 2012 17:05
    6 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.