Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
de lieveling van iemand
zie ook febbe, febbekak
Hij is het fleppeke van de juffrouw.
Fr. fabriquer < Lat. fabricare
in elkaar zetten, knutselen, maken
VD
U hebt gezocht op het woord: fabriceren.
RESULTAAT (max 20 woorden)
fa·bri·ce·ren (overgankelijk werkwoord; fabriceerde, heeft gefabriceerd; fabricage/fabricatie)
1 (producten) door middel van werktuigen bewerken, vervaardigen op grote schaal
2 knutselend maken
3 (pejoratief) verzinnen, verdichten
Hij heeft een spoiler op zijn golfke gefabriceerd.
Fr. fusionner
fuseren
De twee grootste Belgische biermerken zijn gefusioneerd.
We willen onze gemeente niet laten fusioneren met Brussel.
Het bestaat nu bijna niet meer, zo’n barakske langs de weg of op de markt waar je friet kunt kopen, maar hier zeggen we nog steeds frutkot.
Weet gij hier ergens een frutkot zijn? Ik heb goesting voor ne goeie frut special (NL patatje oorlog) met een curryworst.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.