Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    ommekeer
    (bw.)

    plots

    meestal: ommeki

    Ik had juist betaald bij den bakker en ommekeer ging mijne gsm af: ’t was pa om te zeggen dattie geen pistolets moest hebben, dattie meer goesting had achter brood.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 24 Jul 2019 13:55
    0 reactie(s)

    getelefoneerd
    (uitdr.)

    afgesproken, ingestudeerd, doorzichtig, …

    DS2015 standaardtaal

    Die moppen in de tv-programma’s zoals de Slimste Mens zijn tegenwoordig dik getelefoneerd. ’t Druipt ervan af.

    Dat zogezegde spontane, kritische interview tussen journalist en politieker was duidelijk getelefoneerd.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 21 Jul 2019 18:16
    0 reactie(s)

    dikwijls
    (bijw.)

    Toevallig, eventueel, misschien

    Wordt vaak gebruikt in combinatie met ‘soms’, met dezelfde betekenis.

    Moest je soms dikwijls nog langs Pepe passeren, zeg hem dan dat ik morgen zijn villo zal vermaken.

    > andere betekenis van dikwijls

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 21 Jul 2019 14:46
    2 reactie(s)

    dikwijls
    (bw.)

    vele keren
    NL en meestal ook in tussentaal: vaak

    ook overtreffende trap: dikwijlser (zie dikwijlder).
    (Woordenboek der Nederlandsche Taal: In de oudere taal ook in den vergrootenden trap.
    “Waartoe hy hun dikwylser fiere dan smeekende taal hield”, Hooft, (1642)).

    in Limburg: dek

    In de media hoort of leest men bekan nooit meer ‘dikwijls’. Een enkele keer staat het nog in de Gazet Van Antwerpen.

    Zijt maar gerust dat ik daar dikwijlser geweest ben dan gij. Ik ken dat daar rats van buiten.

    > andere betekenis van dikwijls

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 21 Jul 2019 14:45
    8 reactie(s)

    fiske
    (het ~, ~s, o znw )

    lievelingetje van iemand die het voor het zeggen heeft,
    zie ook flebbeke, febbe, febbekak, bebbeke
    < afgeleid van Frans ‘fils’ (zoon)

    Hij was het fiske van de meester en mocht altijd het bord afvegen en de boeken uitdelen.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 21 Jul 2019 14:43
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.