Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
het gefoefel (foefelen): geknoei, heimelijk gedoe, gepruts, …
vgl. foefelare
Die foefelarij met de peer van Pollentier is niets vergeleken met de fraude in de witteboordcriminaliteit.
Ik ben de foefelarijen van de politiekers zo beu als kou pap (pap, beu als kou ~).
Delcroix is weer eens de koning van de foefelarij. Deze keer met facturen van het Belgisch paviljoen op de expo van Shanghai. De witteboordcrimineel!
zie lek mijn lippe
’k Zien gisteren no De Karmeliet gewist in de Langestroate en ’t was van lek m`n liptje wi!
(Ik ben gisteren naar de Karmeliet geweest in de Langestraat en het was verdomd lekker hoor!)
dinsdag /’dès tach/
uitspraak in Antwerpen: klik hier
zie ook dijstendag
’n Destag gomme gon shoppe in de Sarma.
Komende dinsdag gaan we shoppen in de Sarma.
snugger, snel van begrip
Van Dale 2015 online: Belgisch-Nederlands
zelfst. naamw.: rappe
Die nieuw kandidate in Blokken, dat is een rappe zenne. Wat die niet allemaal weet.
bouwinfo.be: Voilà sè, ge zijt een rappe leerling.
> andere betekenis van rap
wondkorstje
zie ook rapke, reuve, roof
ook in Herenthout en Herentals: meestal als verkleinwoord gebruikt: een rapke
Ik kan het niet laten om als ik ergens een wondje heb, dat rapke er altijd weer af te peuteren.
Ha! Dat wondje begint te genezen, er komt een rap op.
> andere betekenis van rap
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.