Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
seffens, straks
ook sebiet, bediejeme
→ Fr. subit,(e) > latijn subitus (= onverwacht)
VD
su·biet (bijwoord)
1 meteen
Zou je niet vertrekken, subiet ben je weer te laat.
Dat heeft wat in.
Amai, dat is nogal wat gescheten, eer dat die vriendin van mijn dochter haar heeft gereed gemaakt voor uit te gaan!
zak, beus
Brood steekt ge in een papieren hoos, eetwaar in een plastieken hoos.
plastic tasje, zak (bös), hoos
platter: balzak (sebiet ne stamp onder eur bös sè!)
Sinds we allemaal aan het milieu doen, krijg je in bijna geen enkele winkel nog een beuzeke om uw winkelwaar in te steken.
bevestiging: dat is het, ’t is dat
uitspraak: sessa
voila c’est ça
(Willem Vermandere)
voilà c’est ça
’t is uit zei Beschuyt
gedaan zei Balcaen
fini zei Dupuis
pourquoi zei Debra
’k ben moe zei Deboe
…
Sessa, dat is precies wat dat ik wil zeggen.
Sessa, dat jobke is ook weeral gedaan.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.