Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door fansy

    zonder erg
    (uitdr.)

    zonder (zware) gevolgen

    ook: zonder veel erg, zonder al te veel erg, zonder het minste erg, …

    Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands

    vgl. geen erg

    Amai dat was wel een stommiteit wat hij gedaan heeft. Gelukkig voor hem zonder veel erg, anders had hij nog voor de kosten kunnen opdraaien.

    Winterse voetpaden, één sneeuw- en ijsbaan, dus voetje voor voetje voorzichtig opweg: een hele onderneming. Heb mensen zien vallen, gelukkig zonder het minste erg.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 08 Feb 2021 17:39
    0 reactie(s)

    bluspoeder

    “bluspoeïer” is in Antwerpen een uitdrukking om iemands gemoedstoestand te beschrijven… en iemand die in de staat van “bluspoeier” is, geloof me … die staat op het punt om door het lint te gaan.

    Meer nog dan razend.

    Na dat voorval was hij razend!

    Na da veurvalleke was h’em pesies “bluspoeïer” gelooft me na ’t was gin schoon zicht.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door fansy op 08 Feb 2021 15:15
    1 reactie(s)

    hukken
    (ww., hukte, gehukt)

    hurken

    ook zich hukken, zijn eigen hukken
    vgl hukken, op zijn ~ zitten,
    hukken, door zijn ~ gaan

    MNW: hucken: Hurken, nederhurken, op de hurken of hukken gaan zitten.
    - Niet te betrouwen dat al huckende pist, Goedthals 14, Brabant, 1568

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: hukken: Eene ineengedrongen houding aannemen door de knieën te buigen
    > veelal met de bijgedachte van zich schuil te houden, wegkruipen.
    - Hukkende in de struiken Dacht hy de naadrende, als het hoen den wouw te ontduiken, Staring (1836).
    > Ook met de bijgedachte aan eene neiging of een langen duur: (gehurkt) blijven zitten, plakken, vooral in herbergen. In de Zuid-Nederlandse spreektaal.

    Van Dale online: gewestelijk: huiken

    > zie andere definitie van hukken

    Ze kan niet meer hukken met dat verschot in hare rug.

    - Wie hukt er zijn eigen tegenwoordig nu nog voor 10 cent op te rapen?
    - Ikke!
    - Ikke ook!

    In Oosterse landen is hukken een populaire zithouding.

    Als ge in een bos aan het wandelen zijt en ge moet kakken, dan moet ge hukken, anders komt dat niet goed.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 31 Jan 2021 23:29
    3 reactie(s)

    hukken
    (ww., hukte, gehukt)

    hurken

    ook zich hukken, zijn eigen hukken
    vgl hukken, op zijn ~ zitten,
    hukken, door zijn ~ gaan

    MNW: hucken: Hurken, nederhurken, op de hurken of hukken gaan zitten.
    - Niet te betrouwen dat al huckende pist, Goedthals 14, Brabant, 1568

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: hukken: Eene ineengedrongen houding aannemen door de knieën te buigen
    > veelal met de bijgedachte van zich schuil te houden, wegkruipen.
    - Hukkende in de struiken Dacht hy de naadrende, als het hoen den wouw te ontduiken, Staring (1836).
    > Ook met de bijgedachte aan eene neiging of een langen duur: (gehurkt) blijven zitten, plakken, vooral in herbergen. In de Zuid-Nederlandse spreektaal.

    Van Dale online: gewestelijk: huiken

    > zie andere definitie van hukken

    Ze kan niet meer hukken met dat verschot in hare rug.

    - Wie hukt er zijn eigen tegenwoordig nu nog voor 10 cent op te rapen?
    - Ikke!
    - Ikke ook!

    In Oosterse landen is hukken een populaire zithouding.

    Als ge in een bos aan het wandelen zijt en ge moet kakken, dan moet ge hukken, anders komt dat niet goed.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 31 Jan 2021 23:28
    3 reactie(s)

    hukken
    (de ~ (mv.))

    hurken
    met gebogen knieën zo zitten, dat de billen op de hielen rusten zonder de grond te raken.

    < hukken is een oudere vorm van hurken

    zie ook hukken, op zijn ~ zitten,
    hukken, door zijn ~ gaan

    > zie andere definitie van hukken

    De kindjes zitten allemaal op hun hukken.

    Ter hoogte van de kraankamer, waar een indrukwekkende installatie van tandwielen, katrollen en getouw was voorzien voor het takelen van klokken, slaghamers en gigantische uurwerkonderdelen, zakte Leon al door zijn knieën om puffend en blazend met zijn rug tegen de muur op zijn hukken wat te bekomen. (marcandries.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 31 Jan 2021 23:26
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.