Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
anjer
uitspraak: zjenoffel
ook: jenoffel
Limburg: kernoeffel
< Fr. girofle (hoewel dit een andere plant is; clou de girofle = kruidnagel)
Hij had voor zijn afspraakje een witte zjenoffel op de reveir van zijn vest gestoken.
Hij had voor zijn afspraakje een witte anjer op de kraag van z’n jasje (of in het knoopsgat van) gestoken.
Die heeft een stinkende zjenoffel. (Haar geslachtsdeel ruikt onfris )
Uitspraak: zjenoffel is zoals het er staat met tweemaal doffe e en reveir: doffe e, en veir is veir.
anjer ofte genoffel
stont’m da me zn karnoffele, ze piste schoon in zn gezicht, ’t stuk vergif!
onkapabele vrouw
waneer gaat di trees na mn bestelling upneme – zo staan’k i morge nog in di winkel!
onkapabele vrouw
waneer gaat di trees na mn bestelling upneme – zo stan’k i morge nog in di winkel!
kruisbes, stekebeier, stekelbees
WNT: steker (Mnl): van steken: iemand die ~, of iets dat steekt
stekel: in Z.-NL. + beier: bees, bes, beze
In Z.-Nederl. Stekerbeier (de bo, Kruidwdb. 123 a), -beze (paque, Vl. Volksn. 362), hetzelfde als Stekelbeier, -beze (zie boven, kol. 1170).
De stekelbrem, Ulex europaeus L.: Langs de vaart van Gent op Brugge groeien er Stekers, de bo, Kruid-Wdb. 123 b.
regio: Ninove: zie ninoofs dialect
Rik de Bomenaar sta zot achter stekerbeze, zuren brol, beurk!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.