Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
rubberen blaas
→ boejot, boejote
ook in Antw.
In de winter neem ik een warmwaterblaas mee in bed en daar warm ik mijn voeten aan.
bezem; twijgen hout samengebonden tot een bezem
Er staat een standbeeld van bessembinders in het Hageland.
familie; aanhang
zie ook hannekesnest
Hij is met heel zijnen annekesnest naar het buitenland vertrokken.
wuiten = gaai (de vogel)
“nen annewuiten” is een Vlaamse gaai.
→ hannik (tamme ekster of kraai; Vlaamse gaai, roetaard – ook zwarte kraai) en → wuiten (meerkol)
vgl. hannekesnest
Nen annewuiten is ne smeirlap, die hoalt klaane vogelkes uit de neisten.
(Een annewuiten is een smeerlap, die haalt kleine vogeltjes uit hun nesten)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.