Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    bres

    De beschrijving van deze term werd 9 keer aangepast.

    Versie 9

    bres
    (zn. v., ~sen)

    een hoop mensen, kinderen, jongeren enz.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    In Zuid-Nederland is vrij algemeen een woord bres(se) (of ook brets) bekend in den zin van: brok, ”groot stuk dat ergens van afvalt of afgebroken wordt” (De Bo (1873)), b.v. van sneeuw, aarde, brood, ook ruimer: massa, hoop, b.v. van scheldwoorden, van menschen (Schuermans (1865-1870).

    De 10 miles en de marathon van Antwerpen zullen weer een bres mensen op de been brengen.

    Ze zijn met een bres kinderen al paaseieren komen rapen.

    In mijn woonbuurt zijn er 3 scholen en elke morgen en avond passeren er bressen joeng voor mijn deur.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 23 Jun 2019 02:33
    2 reactie(s)

    Versie 8

    bres
    (zn. v., ~sen)

    een hoop mensen, kinderen, jongeren enz.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    In Zuid-Nederland is vrij algemeen een woord bres(se) (of ook brets) bekend in den zin van: brok, ”groot stuk dat ergens van afvalt of afgebroken wordt” (De Bo 1873): b.v. van sneeuw, aarde, brood.
    ook ruimer: massa, hoop, b.v. van scheldwoorden, van menschen (Schuermans 1865-1870)

    De 10 miles en de marathon van Antwerpen zullen weer een bres mensen op de been brengen.

    Ze zijn met een bres kinderen al paaseieren komen rapen.

    In mijn woonbuurt zijn er 3 scholen en elke morgen en avond passeren er bressen joeng voor mijn deur.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 23 Jun 2019 02:30
    2 reactie(s)

    Versie 7

    bres
    (zn. v., ~sen)

    een hoop mensen, kinderen, jongeren enz.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Bres, bresse, bressche: oorsprong: ogerm. brekan, ohd. (mûr-) brëcha > Frans: brèche: werktuig om te breken.
    Reeds gebruikelijk einde 16de eeuw.
    In Zuid-Nederland is vrij algemeen een woord bres(se) (of ook brets) bekend in den zin van: brok, ”groot stuk dat ergens van afvalt of afgebroken wordt” (De Bo 1873):
    b.v. van sneeuw, aarde, brood.
    ook ruimer: massa, hoop, b.v. van scheldwoorden, van menschen (Schuermans 1865-1870)

    De 10 miles en de marathon van Antwerpen zullen weer een bres mensen op de been brengen.

    Ze zijn met een bres kinderen al paaseieren komen rapen.

    In mijn woonbuurt zijn er 3 scholen en elke morgen en avond passeren er bressen joeng voor mijn deur.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 23 Jun 2019 02:23
    2 reactie(s)

    Versie 6

    bres
    (zn. v., ~sen)

    een hoop mensen, kinderen, jongeren enz.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Bres, bresse, bressche: oorsprong: ogerm. brekan, ohd. (mûr-) brëcha > Frans: brèche: werktuig om te breken.
    Reeds gebruikelijk einde 16de eeuw.
    In Zuid-Nederland is vrij algemeen een woord bres(se) (of ook brets) bekend in den zin van: brok, ”groot stuk dat ergens van afvalt of afgebroken wordt” (de bo 1873):
    b.v. van sneeuw, aarde, brood.
    ook ruimer: massa, hoop, b.v. van scheldwoorden, van menschen (schuerm. 78 b 1865-1870, schuerm., Bijv. de bo 1873; rutten 1890; Loquela 13, 66 1893)

    De 10 miles en de marathon van Antwerpen zullen weer een bres mensen op de been brengen.

    Ze zijn met een bres kinderen al paaseieren komen rapen.

    In mijn woonbuurt zijn er 3 scholen en elke morgen en avond passeren er bressen joeng voor mijn deur.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 11 Aug 2018 21:33
    2 reactie(s)

    Versie 5

    bres
    (zn. v., ~sen)

    een hoop mensen, kinderen, jongeren enz.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Bres, bresse, bressche: oorsprong: ogerm. brekan, ohd. (mûr-) brëcha > Frans: brèche: werktuig om te breken.
    Reeds gebruikelijk einde 16de eeuw.
    In Zuid-Nederland is vrij algemeen een woord bres(se) (of ook brets) bekend in den zin van: brok, ”groot stuk dat ergens van afvalt of afgebroken wordt” (de bo 1873):
    b.v. van sneeuw, aarde, brood.
    ook ruimer: massa, hoop, b.v. van scheldwoorden, van menschen (schuerm. 78 b 1865-1870, schuerm., Bijv. 52 1883; de bo 1873; rutten 1890; Loquela 13, 66 1893)

    De 10 miles en de marathon van Antwerpen zullen weer een bres mensen op de been brengen.

    Ze zijn met een bres kinderen al paaseieren komen rapen.

    In mijn woonbuurt zijn er 3 scholen en elke morgen en avond passeren er bressen joeng voor mijn deur.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 11 Aug 2018 21:32
    2 reactie(s)

    Versie 4

    bres
    (zn. v., ~sen)

    een hoop mensen, kinderen, jongeren enz.

    >WNT: Bres, bresse, bressche: oorsprong: ogerm. brekan, ohd. (mûr-) brëcha > Frans: brèche: werktuig om te breken.
    Reeds gebruikelijk einde 16de eeuw.
    In Zuid-Nederland is vrij algemeen een woord bres(se) (of ook brets) bekend in den zin van: brok, ”groot stuk dat ergens van afvalt of afgebroken wordt” (de bo 1873):
    b.v. van sneeuw, aarde, brood.
    ook ruimer: massa, hoop, b.v. van scheldwoorden, van menschen (schuerm. 78 b 1865-1870, schuerm., Bijv. 52 1883; de bo 1873; rutten 1890; Loquela 13, 66 1893)

    De 10 miles en de marathon van Antwerpen zullen weer een bres mensen op de been brengen.

    Ze zijn met een bres kinderen al paaseieren komen rapen.

    In mijn woonbuurt zijn er 3 scholen en elke morgen en avond passeren er bressen joeng voor mijn deur.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 09 Aug 2018 19:22
    2 reactie(s)

    Versie 3

    bres
    (zn. v., ~sen)

    een hoop mensen, kinderen, jongeren enz.

    >WNT: Bres, bresse, bressche: oorsprong: ogerm. brekan, ohd. (mûr-) brëcha > Frans: brèche: werktuig om te breken.
    Reeds gebruikelijk einde 16de eeuw.
    In Zuid-Nederland is vrij algemeen een woord bres(se) (of ook brets) bekend in den zin van: brok, ”groot stuk dat ergens van afvalt of afgebroken wordt” (de bo 1873):
    b.v. van sneeuw, aarde, brood.
    ook ruimer: massa, hoop, b.v. van scheldwoorden, van menschen (schuerm. 78 b 1865-1870, schuerm., Bijv. 52 1883; de bo 1873; rutten 1890; Loquela 13, 66 1893)

    De 10 miles en de marathon van Antwerpen zullen weer een bres mensen op de been brengen.

    Ze zijn met een bres kinderen al paaseieren komen rapen.

    In mijn woonbuurt zijn er 3 scholen en elke morgen en avond passeren er bressen joeng voor mijn deur.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 25 Dec 2015 01:12
    2 reactie(s)

    Versie 2

    bres
    (zn. v., ~sen)

    een hoop mensen, kinderen, jongeren enz.

    De 10 miles en de marathon van Antwerpen zullen weer een bres mensen op de been brengen.

    Ze zijn met een bres kinderen al paaseieren komen rapen.

    In mijn woonbuurt zijn er 3 scholen en elke morgen en avond passeren er bressen joeng voor mijn deur.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 25 Dec 2015 00:50
    2 reactie(s)

    Versie 1

    bres
    (zn. v.)

    een hoop mensen, kinderen, jongeren enz.

    De 10 miles en de marathon van Antwerpen zullen weer een bres mensen op de been brengen.
    Ze zijn met een bres kinderen al paaseieren komen rapen.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 17 Apr 2011 14:18
    2 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.