Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De beschrijving van deze term werd 9 keer aangepast.
(verouderd) soort, aard
Woordenboek der Nederlandsche Taal: aartsoen:
1) Aard, slag, soort. Nog in het westvlaamsch (De Bo 1873).
Door v ledicheyt alle dinck te quist gaet Ghy sijt een slecke van luyen aertsoene, Antw. Sp. 252 (1562)
2) Als collectivum: de menschen van een bepaalde soort. Vervolgens ook: iemand van een ongunstige soort. Niet meer in gebruik.
“Die tarwe is van een goed artsoen” De Bo (1873)
(verouderd)
soort, aard
zie ook aartjoen, artsoen
Woordenboek der Nederlandsche Taal: aartsoen:
1) Aard, slag, soort. Nog in het westvlaamsch (De Bo 1873).
Door v ledicheyt alle dinck te quist gaet Ghy sijt een slecke van luyen aertsoene, Antw. Sp. 252 (1562)
2) Als collectivum: de menschen van een bepaalde soort. Vervolgens ook: iemand van een ongunstige soort. Niet meer in gebruik.
“Die tarwe is van een goed artsoen” De Bo (1873)
(verouderd)
soort, aard
zie ook aartjoen, artsoen
WNT: aartsoen:
1) Aard, slag, soort. Nog in het westvlaamsch (De Bo 1873).
Door v ledicheyt alle dinck te quist gaet Ghy sijt een slecke van luyen aertsoene, Antw. Sp. 252 (1562)
2) Als collectivum: de menschen van een bepaalde soort. Vervolgens ook: iemand van een ongunstige soort. Niet meer in gebruik.
“Die tarwe is van een goed artsoen” De Bo (1873)
(verouderd)
soort, aard
zie ook aartjoen, artsoen
WNT: aartsoen:
1) Aard, slag, soort. Nog in het westvlaamsch (de bo 1873).
Door v ledicheyt alle dinck te quist gaet Ghy sijt een slecke van luyen aertsoene, Antw. Sp. 252 (1562)
2) Als collectivum: de menschen van een bepaalde soort. Vervolgens ook: iemand van een ongunstige soort. Niet meer in gebruik.
Ze heeft 2 linkse handen en ze is eigenlijk van luie aartsoen.
(verouderd)
soort, aard
zie ook aartjoen, artsoen
WNT: aartsoen:
1) Aard, slag, soort. Nog in het westvlaamsch (de bo 1873).
Door v ledicheyt alle dinck te quist gaet Ghy sijt een slecke van luyen aertsoene, Antw. Sp. 252 (1562)
2) Als collectivum: de menschen van een bepaalde soort. Vervolgens ook: iemand van een ongunstige soort. Niet meer in gebruik.
Ze heeft 2 linkse handen en ze is eigenlijk van luie aartsoen.
soort, aard
zie ook aartjoen, artsoen
WNT: aartsoen:
1) Aard, slag, soort. Nog in het westvlaamsch (de bo 1873).
Door v ledicheyt alle dinck te quist gaet Ghy sijt een slecke van luyen aertsoene, Antw. Sp. 252 (1562)
2) Als collectivum: de menschen van een bepaalde soort. Vervolgens ook: iemand van een ongunstige soort. Niet meer in gebruik.
Ze heeft 2 linkse handen en ze is eigenlijk van luie aartsoen.
soort, aard
zie ook aartjoen, artsoen
WNT: aartsoen:
1) Aard, slag, soort. Nog in het westvlaamsch (de bo 1873).
Door v ledicheyt alle dinck te quist gaet Ghy sijt een slecke van luyen aertsoene, Antw. Sp. 252 (1562)
2) Als collectivum: de menschen van een bepaalde soort. Vervolgens ook: iemand van een ongunstige soort. Niet meer in gebruik.
Ze heeft 2 linkse handen en ze is eigenlijk van luie aartsoen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.