Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De beschrijving van deze term werd 5 keer aangepast.
holle beitel, slagguts of dopbeitel
Woordenboek der Nederlandsche Taal: putten: gereedschap in de klompenmakerij.
Een stuk hout uithollen met een hollen beitel, zoodat een klomp ontstaat. In Z.-Nederl.
Putten (in de blokmakerij). De bewerking wordt verricht met de goezie, Volk en Taal 7, 20 (1894).
Putten, Met de goes bewerken (bij blokmakers), Cornelissen-Vervliet.
Om de eerste aanzet voor een passende holte te maken gebruikt de blokmaker een goezie.
holle beitel, slagguts of dopbeitel
WNT: putten: gereedschap in de klompenmakerij.
Een stuk hout uithollen met een hollen beitel, zoodat een klomp ontstaat. In Z.-Nederl.
Putten (in de blokmakerij). De bewerking wordt verricht met de goezie, Volk en Taal 7, 20 (1894).
Putten, Met de goes bewerken (bij blokmakers), corn.-vervl.
Om de eerste aanzet voor een passende holte te maken gebruikt de blokmaker een goezie.
holle beitel, slagguts of dopbeitel
WNT: putten: gereedschap in de klompenmakerij.
Een stuk hout uithollen met een hollen beitel, zoodat een klomp ontstaat. In Z.-Nederl.
Putten (in de blokmakerij). De bewerking wordt verricht met de goezie, Volk en Taal 7, 20 (1894).
Putten, Met de goes bewerken (bij blokmakers), corn.-vervl.
Om de eerste aanzet voor een passende holte te maken gebruikt de blokmaker een goezie.
holle beitel, slagguts of dopbeitel
WNT: putten: gereedschap in de klompenmakerij.
Een stuk hout uithollen met een hollen beitel, zoodat een klomp ontstaat. In Z.-Nederl.
Putten (in de blokmakerij). De bewerking wordt verricht met de goezie, Volk en Taal 7, 20 (1894).
Putten, Met de goes bewerken (bij blokmakers), corn.-vervl.
Om de eerste aanzet voor een passende holte te maken gebruikt de blokmaker een goezie.
holle beitel, slagguts of dopbeitel
WNT: putten: gereedschap in de klompenmakerij.
Een stuk hout uithollen met een hollen beitel, zoodat een klomp ontstaat. In Z.-Nederl.
Putten (in de blokmakerij). De bewerking wordt verricht met de goezie, Volk en Taal 7, 20 1894.
Putten, Met de goes bewerken (bij blokmakers), corn.-vervl.
Om de eerste aanzet voor een passende holte te maken gebruikt de blokmaker een goezie.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.