Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De beschrijving van deze term werd 29 keer aangepast.
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
4) verheven, loffelijk, nobel
Van Dale 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen, ferm
Van Dale 2013 online (verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
4) verheven, loffelijk, nobel
Van Dale 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen, ferm
Van Dale 2013 online (verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
4) verheven, loffelijk, nobel
Van Dale 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen, ferm
Van Dale 2013 online (verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
1) Ze heeft echt een heel schoon schilderij gekocht; ben verrast.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
2) Uw rapport, schoon gedaan om zoveel punten te halen.
3) Bruine benen, zijn schoon benen.
4) Heel schoon van haar om zo ne schone cadeau te geven.
5) Schoon hè, de tafel vol kruimels laten liggen en niet opkuisen.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
4) verheven, loffelijk, nobel
Van Dale 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
1) Ze heeft echt een heel schoon schilderij gekocht; ben verrast.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
2) Uw rapport, schoon gedaan om zoveel punten te halen.
3) Bruine benen, zijn schoon benen.
4) Heel schoon van haar om zo ne schone cadeau te geven.
5) Schoon hè, de tafel vol kruimels laten liggen en niet opkuisen.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
Vb. Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
Vb. Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
Vb. Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
Vb. Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
Vb. Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
Vb. Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
Vb. Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
Vb. Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
Vb. Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
Vb. Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
Vb. Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
Vb. Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
5) Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
Vb. Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
Vb. Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
5) Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
Vb. Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
Vb. Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
Vb. Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
Vb. Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
Vb. Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
Vb. Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
Vb. Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
2) Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
Vb. Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
Vb. Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)</i<
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
2) Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
Vb. Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
1) Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
Van Dale 2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam, klaar, …
Van Dale 2013 online (verouderd)
4) verheven, loffelijk,
Van Dale 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
Van Dale 2013 online: verouderd, gewestelijk
1) Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
Van Dale 2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
VD 2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam, klaar, …
VD 2013 online (verouderd)
4) verheven, loffelijk,
VD 2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
Van Dale 2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk
VD2013 online: verouderd, gewestelijk
1) Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
2) Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
VD2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
VD2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam (VD), klaar, …
VD2013 online (verouderd)
4) verheven (VD), loffelijk (VD),
VD2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
VD2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk (VD)
VD2013 online: verouderd, gewestelijk
1) Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
1) De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
1) Schone schijn.
1) Museum voor Schone Kunsten.
2) Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
2) Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
3) Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
3) Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
4) Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
4) Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
5) Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
6) Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
VD2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
VD2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam (VD), klaar, …
VD2013 online (verouderd)
4) verheven (VD), loffelijk (VD),
VD2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
VD2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk (VD)
VD2013 online: verouderd, gewestelijk
1)Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
1) De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
1) Schone schijn.
1) Museum voor Schone Kunsten.
2) Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
2) Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
3) Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
3) Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
4) Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
4) Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
5) Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
6) Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
VD2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
VD2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam (VD), klaar, …
VD2013 online (verouderd)
4) verheven (VD), loffelijk (VD),
VD2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
VD2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk (VD)
VD2013 online: verouderd, gewestelijk
1)Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
1) De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
1) Schone schijn.
1) Museum voor Schone Kunsten.
2) Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
2) Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
3) Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
3) Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
4) Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
4) Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
5) Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
6) Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
VD2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
VD2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam (VD), klaar, …
VD2013 online (verouderd)
4) verheven (VD), loffelijk (VD),
VD2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
VD2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk (VD)
VD2013 online: verouderd, gewestelijk
1)Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
1) De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
1) Schone schijn.
1) Museum voor Schone Kunsten.
2) Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
2) Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
3) Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
3) Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
4) Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
4) Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
5) Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
6) Wauw, dat is een schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
VD2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
VD2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam (VD), klaar, …
VD2013 online (verouderd)
4) verheven (VD), loffelijk (VD),
VD2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
VD2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk (VD)
VD2013 online: verouderd, gewestelijk
1)Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
1) De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
1) Schone schijn.
1) Museum voor Schone Kunsten.
2) Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
2) Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
3) Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
3) Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
4) Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
4) Dat is echt ne schone mens: niks voor zijn eigen, alles voor een ander.
5) Amai een schoon madam die heks!
5) Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
6) Wauw, dat is schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
1) mooi, fraai (esthetisch)
VD2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
2) goed, voortreffelijk, …
VD2013 online (gewestelijk)
3) aangenaam (VD), klaar, …
VD2013 online (verouderd)
4) verheven (VD), loffelijk (VD),
VD2013 online (verouderd)
5) ironisch gebruikt om het tegendeel te bedoelen
VD2013 online(verouderd, nog wel gewestelijk) in ironische toepassing om uit te drukken dat de in het zelfstandig naamwoord genoemde kwaliteit niet aanwezig is
6) serieus, aanzienlijk (VD)
VD2013 online: verouderd, gewestelijk
1)Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
1) De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
1) Schone schijn.
1) Museum voor Schone Kunsten.
2) Amai, hebt ge die goal gezien? Schoon gedaan zenne.
2) Mijn tafel helemaal vuil maken. Dat is schoon gedaan, dat! (pejoratief)
3) Als het nog eens schoon weer is, gaan we naar de zee. OK?
3) Dat is niet echt een knappe te noemen, maar die heeft wel een schoon gezichtje vind ik.
3) Er lag zo’n schoon wit sneeuwtapijt op de gazon.
4) Dat is toch schoon van hem, dat hij de helft aan u gegeven heeft.
4) Vergevingsgezindheid is een schoon deugd.
5) Amai een schoon madam die heks!
5) Wat een schoon schilderij. Zeker door hunne kleine laten maken.
6) Na een jaar had hij zo een schoon bedrag bijeen gespaard.
6) Wauw, dat is schoon verzameling dat gij hier hebt. Vier kasten vol?
mooi, fraai
VD2013 online: (in ’t algemeen, archaïsch, Belgisch-Nederlands, spreektaal)
Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
mooi, fraai
Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Schone schijn.
Museum voor Schone Kunsten.
mooi
Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
mooi, proper
De betekenis van “schoon” is breder in Vlaanderen dan in Nederland, omdat ze in Vlaanderen ook wordt gebruikt om aan te geven dat iets mooi is.
Na het dweilen is de vloer schoon.
Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
mooi, proper
De betekenis van “schoon” is breder in Vlaanderen dan in Nederland, omdat ze in Vlaanderen ook wordt gebruikt om aan te geven dat iets mooi is.
Na het dweilen is de vloer schoon.
Ik heb me een paar schone schoenen gekocht.
De Limburgse meiskes zijn de schoonste.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.