Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    Woorden die beginnen met 'ze'

    1. zeb (6)
    2. zed (4)
    3. zee (43)
    4. zeg (25)
    5. zeh (1)
    6. zei (16)
    7. zej (1)
    8. zek (11)
    9. zel (19)
    10. zem (15)
    11. zen (12)
    12. zep (2)
    13. zer (7)
    14. zes (6)
    15. zet (30)
    16. zeu (16)
    17. zev (28)
    18. zez (1)

    De volgende 230 termen in onze databank beginnen met 'ze':

    ze
    ze (iets) kakken
    ze bijeen doen
    ze heeft heur schorte vul
    ze rijden weeral
    ze smijten ze met bussen binnen
    ze stond van achtern in de reke oat het verstand uutgedeeld wierd
    zebber
    zebber in pakskes
    zebberen
    zebedees
    zebrapad, gevleugeld ~
    zedder
    zedenfeit
    zedenleer
    zedenleer, niet-confessionele ~
    zee, de ~
    zee, de ~ kunnen uitdrinken
    zeebanket
    zeedijk
    zeekanaal
    zeekieke
    zeeklas
    zeeklassen
    zeel
    zeel, aan hetzelfde ~ trekken
    zeel, het ~ aanhebben
    zeem
    zeem aan zijn baard strijken
    zeemen
    zeemoji
    zeemtette
    zeemvel
    zeemzoet
    zeep aan uw buik en de deur uit
    zeep, bruine ~
    zeep, om ~ zijn
    zeepbaron
    zeepsmoel
    zeeptrien
    zeeptrut
    zeer
    zeer, het doet niet ~, maar het is wel lastig
    zeerat
    zeere
    zeescout
    zeescouts
    zeeslets
    zeesluffer
    zeevarkske
    zeevruchten
    zeewijding
    zeezegening
    zeezemienen
    zeg, zijne ~ doen
    zegde
    zegedronken
    zegekoning
    zegel
    zegel, de ~s leggen
    zegel, de ~s lichten
    zegel, kleef~
    zegezeker
    zeggen
    zeggen tegen
    zeggen, ’t is te ~
    zeggen, aan te ~ hebben
    zeggen, en ~ dat
    zeggen, er iets tegen ~
    zeggen, er niets aan te ~ hebben
    zeggen, gelijk als dat ze ~
    zeggen, het hem gaan ~
    zeggen, het is te ~
    zeggen, komen te ~
    zeggen, weinig van ~
    zeggens
    zeggingsschap
    zegt
    zehbi
    zeik van boeremie
    zeik vuren
    zeikbak
    zeikbujel
    zeiker
    zeiker, zeik
    zeikeren
    zeikkous
    zeikkouse
    zeikmoeier
    zeikpaal
    zeikton
    zeikworm
    zeil
    zeilsteen
    zeisel
    zejer
    zeken
    zeker
    zeker en vast
    zeker spelen
    zeker van zijn stuk zijn
    zeker zijn dat
    zeker, geheel ~
    zeker, het ~ zijn
    zekering
    zekerlijk
    zeksmoeier
    zelden, raar of ~
    zelf
    zelfbedruipend
    zelfbevraging
    zelfklever
    Zelfmoordlijn
    zelfmoordstrook
    zelfoogstboerderij
    zelfplukboerderij
    zelfroller
    zelfstandige in bijberoep
    zelfstandigenstatuut
    zelfste
    zelftap
    zelfwaarde
    zelfwerkend patron
    zelfzeker
    zelfzekerheid
    zelle
    zemelaar
    zemelen
    zemelenknoper
    zemelgast
    zemelkont
    zemels
    zemeltrees
    zemelzeiker
    zemen
    zemenvel
    zemer
    zemerij
    zemig
    zempot
    zen
    zending
    zending, de ~
    zene
    zeneweeën
    zenne
    Zenne
    zennen
    zentje
    zenuwen, een pak ~ zijn
    zep
    zeppe
    zere
    zereloper
    zerk, in zijn ~ kruipen
    zero emissie bonus
    zerotolerantie
    zerp
    zerpig
    zes gouden regels
    zes van Antwerpen
    zesrib
    zessen
    zesser
    zestien, de ~
    zet die plaat af
    zet oech daal
    zet u
    zetel
    zetel, het stof van de ~ doen
    zetel, in een ~
    zetel, maatschappelijke ~
    zetel, vanuit uw luie ~
    zetelbed
    zetelen
    zetelen in
    zetelfabrikant
    zetelhanger
    zetelklever
    zetelkussen
    zetelleuning
    zetellift
    zetelovertrek
    zetelpatat
    zetelverwarming
    zetelzitten
    zetten
    zetten, de tafel ~
    zetten, in haar 8 dagen ~
    zetten, op een hoop ~
    zetten, uit de wind ~
    zetten, zich ~
    zettersprijskamp
    zeu
    zeuj
    zeulle
    zeune
    zeup
    zeup, een ~ krijgen
    zeup, iemand een ~ geven
    zeur
    zeur, de soep is ~
    zeurare
    zeuren
    zeurg
    zeurzak
    zeven cens en half
    zeven dagen op zeven
    zeven op zeven
    zeven scheten groot zijn
    zeven, praat voor ~
    zevende knoopsgat, van het ~
    zevenen
    zevenendertigste knoopsgat
    zevenenhalf
    zevenste, negenste, elfste, twaalfste
    zeventeen
    Zevenzussenbolder
    zever
    zever in pakskes
    zever verkopen
    zever, dat is gene ~
    zever, dikke ~
    zever, flauwe ~
    zeveraar
    zeverderij
    zeveren
    zeveren, ge moet niet zat zijn voor te ~
    zeverlap
    zezjipke

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.