Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
klagen
Die slore stond daar heel de tyd te kriepen en te piepen, een echte trunte.
knaap
In W.-Vl. spreekt men ‘k’ niet uit als ‘n’ volgt, maar men zet er een ‘t’ voor in de plaats.
Voorb.:
Die vieze tnape kwam van Tnokke; hij had geen tnopen aan zijn veste en stond daar te tnauwen en te tnabbelen aan entwatte dat ie uit zijn tnapzak gehaald had.
watertanden, erg verlangen om er ziek van te worden.
Geef die knape toch ook een koekje, anders gaat ie verwaaien.
‘op zijn hukske’; op zijn hukken, gehukt zittend
Kijk ne keer hoe schone dat keuntje op zijn hukske de jager zat te beloeren.
schaafsel.Krullen die van het hout afvallen bij het schaven.
Dat oud wuvetje gebruukte altyd schavelinge om heur stove te ontsteken.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.