Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
niet geslaagd zijn, onvoldoende halen, flessen
een gebuisde politicus: een politicus die onvoldoende stemmen gehaald heeft bij verkiezingen
< Afleiding van het zn. buis in de uitdrukking iemand zijn buis geven ‘hem afzeggen, een blauwtje laten lopen’, een buis krijgen ‘zakken (bij examens)’, meestal opgevat als een afleiding bij het werkwoord buizen ‘slaan’, een nevenvorm van buischen ‘slaan, kloppen’ (1573; Woordenboek der Nederlandsche Taal), (mhd. biuschen ‘id.’).
definitie ANW: buizen
1. ((vooral) in België)
een onvoldoende krijgen voor een examen; zakken
buizen
2. ((vooral) in België)
iemand laten zakken voor een examen; iemand een onvoldoende geven
Ik ben gebuisd op aardrijkskunde.
“buizen, gebuisd worden ‘zakken’” (1865–1870; Schuermans)
Een gebuisde politicus hoeft toch niet altijd een dikbetaalde job te krijgen? (Seniorennet)
> zie andere betekenis van buizen
onzorgvuldig oprollen (hemdsmouwen…)
slordig opgerold raken (een laken)
Z’ebben hun mouwen opgestroefeld: daar gaat gewerkt worden!
“Mijn zoon, bijna 3,5 droeg altijd boxertjes, maar nu moeten ze in school alleen naar de wc en zitten die pijpjes altijd opgestroefeld” (https://9maand.be/forum/peuters/welke-onderbroekjes)
onzorgvuldig oprollen (hemdsmouwen…)
slordig opgerold raken (een laken)
Z’ebben hun mouwen opgestroefeld: daar gaat gewerkt worden!
hemdsmouwen worden (vrij onzorgvuldig) opgerold. En een beddelaken kan door het vele ronddraaien, helemaal opstroefelen
onzorgvuldig oprollen (hemdsmouwen…)
slordig opgerold raken (een laken)
Z’ebben hun mouwen opgestroefeld: daar gaat gewerkt worden!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.