Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
bemesten met natuurlijke mest, met beer; ook de beerput ruimen
uitspraakvariant: beiren
De boer is het veld aan t beren.
We kunnen het ruiken dat de boer gebeerd heeft!
gier, mest, aalt
samenstellingen: beerkar, beerton, beerkelder, beervervoer
Van Dale 2014 online: gewestelijk
Vroeger haalden de boeren de beer op met een kar. Zo konden ze in het voorjaar beren op het veld.
> andere betekenis van beer
maag, buik
zie ook beer, mijnen ~ begint te dansen, beer, mijnen ~ grolt
ook in Haspengouw
Mijnen beer is leeg, ik zal iets moeten gaan eten denk ik.
Den Herman had gisteren teveel pintjes in zijne gommer gekapt (kappen) en nu ligt zijnen beer overhoop.
Den dikken beer van de Herman geraakt niet meer in zijn hem; de knoppen springen open.
Zijnen beer groost. (Haspengouw)
> andere betekenis van beer
sperwer, (ook) roofvogel, stootvogel
De hinne hébbe bang at ze ne spelver zien (de kippen zijn angstig als zij een roofvogel zien)
zie misschienst
WNT, bij misschien: In Zuid-Nederland, ook in Noord-Brabant wordt misschiens gezegd.
-
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.