Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
overtreffende trap, in heel sterke mate, heel veel
meestal, maar niet uitsluitend, van iets negatiefs
Hij heeft daar zitten van zijnen tak maken dat het niet schoon meer is.
De Standaard: ‘Dan krijgen we kritiek dat het niet schoon meer is’, zegt een kabinetslid.
Die klein heeft met Mr. Bean zitten lachen dat het niet meer schoon is.
niemand
Nemes wèt nog wae ’t gedoan haet. Niemand weet nog wie ´t gedaan heeft.
Temse, de stad
Het sluiten van de Boelwerf zal in Temst ook wel sporen nagelaten hebben.
> andere betekenis van temst
verouderd gereedschap van de coiffeur
helft van een rubberen bal met gaatjes, om klissen haar te bleken of te kleuren
Als ik in het coiffeurssalon aankwam, was de man bezig met klissen haar door de gaatjes van den trizee te trekken, bij een dame, die mèchen gebleekt haar wilde.
> andere betekenis van trizee
Iemand die geen kwaad uitricht, maar u wel een spiegel voorhoudt, omdat ge u ergert aan zijn gedrag.
In NL meer: ‘onnozele(n)’ cq ‘onnozele hals’
Woordenboek der Nederlandsche Taal:
Modern lemma: onnozelaar
Een onnoozel mensch, een idioot; alleen in Zuid-Nederland.
“De arme jongen schijnt een onnoozelaard of een domkop”, Conscience
Van Dale
onnozelaar (dem; onnozelaars)
1.(beledigend) idioot, onnozel mens, dwaas
Onnozelaars zijn dikwijls kinderen. De waarheid komt uit de kindermond. Kinderen handelen niet altijd zoals de grote mensen zouden willen en worden gemakkelijk voor ‘onnozelaar’ versleten.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.