Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    laten, iemand ~
    (uitdr.)

    vertrekken bij iemand, iemand niet langer ophouden

    Typisch Vlaams: ik laat u: Geen Algemeen Nederlands

    ook: ik ga u/jullie/je laten

    Maar nu moet ik alles uitpakken ik laat jullie en tot snel mijn nieuw adres is; Laura Mc Elroy 147 Bryant Street, Buffalo, NY, 14222. Bye bye, xxx (bloggen.be)

    Goed, ik laat je en schrijf je later nog wel. (jurgenholvoet.be)

    Alé, ik ga u laten en tot morgen. Daaag. (telenet.users.be)

    allez ik ga jullie laten en weet dat je altijd iets in men gastenboek moogt schrijven dikke kusjes en knuffels vanwege mij …(bloggen.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 04 Dec 2020 16:21
    0 reactie(s)

    pleister, een ~ op een houten been
    (uitdr.)

    een nutteloze maatregel, vergeefse moeite, een lapmiddel

    Van Dale 2015 online: Belgisch-Nederlands

    Als de politieke toestand in sommige Afrikaanse landen niet verandert, is onze materiële hulp een pleister op een houten been.

    De permanente sluiting van de parking in Westkerke noemt Moreels een pleister op een houten been: “Het probleem is daarmee niet opgelost." (focus-wtv.be 22 jan. 2018)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Dec 2020 16:28
    0 reactie(s)

    evenementieel
    (bn.)

    (>Fr.) het karakter van een evenement hebbend, evenement-achtig, grootschalig

    Bij evenementiële programma’s gaat het in de eerste plaats om een programma waaraan een evenementieel luik is verbonden, bijvoorbeeld Villa Vanthilt. (Vlaams Parlement)

    Al het evenementiële van de koopzondagen is al lang geschrapt, maar we hebben sensoren, camera’s en gsm-telling, we kunnen ingrijpen als het te druk wordt laat De Wever weten. (VRTNWS)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 02 Dec 2020 17:39
    0 reactie(s)

    koterij
    (verzamellemma)

    De Vlaming is, zacht uitgedrukt, erg gesteld op zijn koterij in de bouwkunde, maar even goed in de taalkunde. In dit lemma bewaren we een overzicht van een hele rist koten – ‘koterij’ is hiervan het collectief meervoud. In se is elke afgesloten ruimte kleiner dan een volwaardige woonst een kot (hoewel het woord ‘kot’ ook als koosnaam voor een huis kan aangewend worden), waardoor er constant nieuwe samenstellingen kunnen ontstaan. Naast deze samenstellingen bestaan er ook ettelijke typische uitdrukkingen die rond een of ander ‘kot’ draaien.

    Samenstellingen:

    apenkot
    ballenkot
    bergkot
    bergingskot
    bezemkot
    buskotje
    digikot
    doempkot
    drugskot
    druppelkot
    duivenkot
    fietsenkot
    frietkot
    fritkot
    hennekot
    hoerenkot
    hondenkot
    houtkot
    hullekot
    jeneverkot
    kattenkot
    kiekenkot
    koffiekot
    kolenkot
    koolkot
    kotgenoot
    kruipkot
    opkotplicht
    pandoerenkot
    paskot
    platen kot
    rattekot
    rokerskot
    rommelkot
    smoorkot
    smurfenkot
    stampkot
    stemkotje
    studentenkot
    telefoonkot
    tuinkot
    vogelkot
    vogelkotje
    waskot
    wc-kot
    werkkot
    wietkot
    zottekot
    zuipkot
    zwienekot
    zwijnenkot

    Studentenjargon:
    boerenkot
    kotstudent
    kotbaas, kotmadam
    kotbaasbedrijf
    kotbedrijf
    kotencomplex
    kotfuif
    kotreglement
    kotleven
    koteten en daarmee ook kotkilo’s
    kotlabel
    kotbelasting/kottaks
    luxekot
    sportkot

    Uitdrukkingen:
    blijf in uw kot
    dansen, mijn kot staat te ~
    kot, eerst een ~ en dan een varken
    kot, het ~ afbreken
    kot, het ~ in brand steken
    kot, het ~ is te klein
    kot, het ~ voor zich (alleen) hebben
    kot, het ~ vrij hebben
    kot houden
    kot, iemand uit zijn ~ lokken
    kot, in zijn ~ blijven
    kot, op ~ gaan
    kot, op ~ zitten
    kot, uit z’n ~ komen

    Regionaal beperktere uitdrukkingen:
    Kotegem
    kot, daar hebt ge het ~
    kot, iemand naar zijn ~ rijden
    kot, er zijn ~ in hebben
    sterven op het kot
    kotje, in een ~ zitten
    vogelkotje, tegen het ~ gelopen

    zie ook kot, -erij

    > andere betekenissen van koterij

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 24 Nov 2020 17:35
    1 reactie(s)

    sportkot
    (het ~)

    opleiding “lichamelijke opvoeding” aan de universiteit

    Hij wil later leraar lichamelijke opvoeding worden. Hij is sportkot gaan volgen.

    “Van harte welkom ook aan de vele oud-studenten die mooie herinneringen koesteren  aan hun studententijd  en voor bijscholingen steeds de weg terug vinden naar het ‘sportkot’, de benaming waarmee de faculteit in de volksmond gekend is.” (faber.kuleuven.be  2016)

    “De faculteit lichamelijke opvoeding, of het sportkot, aan de Naamsevest ligt vlakbij de plek van de misdaad. Saskia Smets en Annelies Cryns, jaargenoten van het slachtoffer, voelen er zich niet veilig …” (standaard.be  29 juni 2004)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 24 Nov 2020 17:31
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.