Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
aardappelpuree met botermelk (nogal slap van consistentie) met lichtgekookte eieren
Op een bord werd de puree geschept en in het midden een kuiltje gemaakt en daarin het ei gezet.
Als ons mémé tutjespap maakte, dan was dit om uw vingers van af te likken.
keirepap (pap van keiremelk) met gestompte patatten
zie ook: tutjespap
Vroeger kregen we van mémé altijd tootjespap als we langs gingen.
uitdokteren, oplossen
ook in Antwerpen
zie ook: uitvingeren
Dat ziet er iets moeilijk uit. Maar geef me wat tijd en ik zal het uitfiggelen.
uitvissen, opzoeken, uitpluizen
(meestal infinitief en voltooid deelwoord)
zie ook uitfiggelen
Ik moet eerst uitvingeren hoe ik dat spel kan doen marcheren.
Ze hebben uitgevingerd wat die gast vroeger ammel heeft uitgestoken.
In Antwerpen een soort afkorting van… allemaal, veel, enz…
Een klein dorpje met vele mooie straatjes.
Een klein dorpke met “ammel” schoon strotjes.
Wat zijn jullie aan het doen?
Wa zedde golle “ammel” aan’t doen?
“Hij hée ze’ fortuin ammel verkwist” Cornelissen-Vervliet (1899).
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.