Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
knoeien, morsen
(elders: braggelen)
Wie heeft hier weer gebraddeld? En ik heb pas geschrobd!
afgieten
De aardappelen afschudden.
Ik ga mijn aardappelen nog eens afschudden (cafépraat: ik ga eens naar achter, kijken of ik nog een manneke ben)
bijgieten; extra uitschenken
Zal ik u nog wat koffie bijschudden?
De planten hebben nog niet genoeg water, schud ze nog maar wat bij.
ingieten, inschenken, uitschenken
Zal ik de koffie al inschudden?
Waar moet ik het waswater inschudden, in het putteke?
weggieten, weggooien (vnl. van vloeistof of stortbare inhoud van een recipiënt)
Sjèd dèè leiter nog mêr nie voert, dèè kan nog diene! (Giet die “leuter”, dat zeepsop nog maar niet weg, die/dat kan nog van pas komen)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.