Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    pitten

    De beschrijving van deze term werd 12 keer aangepast.

    Versie 12

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Middelnederlands pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    Van Dale 2014 online: gewestelijk putten, inkuilen

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    4) Dat hommelhof zal wel een pond te pitte (voor elken pit) geven, De Bo (1873) (Woordenboek der Nederlandsche Taal)
    Het pitten van de hopplanten gebeurt voor het aanranken.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 25 Aug 2018 20:18
    5 reactie(s)

    Versie 11

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    Van Dale 2014 online: gewestelijk putten, inkuilen
    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Middelnederlands pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    4) Dat hommelhof zal wel een pond te pitte (voor elken pit) geven, De Bo (1873) (Woordenboek der Nederlandsche Taal)
    Het pitten van de hopplanten gebeurt voor het aanranken.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 25 Aug 2018 19:53
    5 reactie(s)

    Versie 10

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    Van Dale 2014 online: gewestelijk putten, inkuilen
    WNT: Middelnederlands pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    4) Dat hommelhof zal wel een pond te pitte (voor elken pit) geven, De Bo (1873) (Woordenboek der Nederlandsche Taal)
    Het pitten van de hopplanten gebeurt voor het aanranken.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 25 Aug 2018 19:52
    5 reactie(s)

    Versie 9

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    Van Dale 2014 online: gewestelijk putten, inkuilen
    WNT: Middelnederlands pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    4) Dat hommelhof zal wel een pond te pitte (voor elken pit) geven, De Bo (1873) (Woordenboek der Nederlandsche Taal)
    Het pitten van de hopplanten gebeurt voor het aanranken.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 17 Jul 2018 14:47
    5 reactie(s)

    Versie 8

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    Van Dale 2014 online: gewestelijk putten, inkuilen
    WNT: Middelnederlands pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    4) Dat hommelhof zal wel een pond te pitte (voor elken pit) geven, De Bo (1873) (Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 16 Jul 2018 14:50
    5 reactie(s)

    Versie 7

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    Van Dale 2014 online: gewestelijk putten, inkuilen
    WNT: Middelnederlands pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    4) 5) Dat hommelhof zal wel een pond te pitte (voor elken pit) geven, De Bo (1873) (Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 16 Jul 2018 14:49
    5 reactie(s)

    Versie 6

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    Van Dale 2014 online: gewestelijk putten, inkuilen
    WNT: Middelnederlands pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 16 Jul 2018 13:34
    5 reactie(s)

    Versie 5

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) pitten van aardappels: SN
    5) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    Van Dale 2014 online: gewestelijk putten, inkuilen
    WNT: Middelnederlands pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    4) De lelijke donkere puntjes op een patat moeten gepit worden alvorens ze voorts te bewerken.

    5) Dat hommelhof zal wel een pond te pitte (voor elken pit) geven, De Bo (1873) (Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 16 Jul 2018 13:01
    5 reactie(s)

    Versie 4

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) pitten van aardappels: SN
    5) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    Van Dale 2014 online: gewestelijk putten, inkuilen
    WNT: Middelnederlands pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    4) De lelijke donkere puntjes op een patat moeten gepit worden alvorens ze voorts te bewerken.

    5) Dat hommelhof zal wel een pond te pitte (voor elken pit) geven, de bo (1873) (Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 16 Jul 2018 12:58
    5 reactie(s)

    Versie 3

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) pitten van aardappels: SN
    5) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    Van Dale 2014 online: gewestelijk putten, inkuilen
    WNT: Mnl. pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    4) De lelijke donkere puntjes op een patat moeten gepit worden alvorens ze voorts te bewerken.

    5) Dat hommelhof zal wel een pond te pitte (voor elken pit) geven, de bo (1873) (Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 16 Jul 2018 12:52
    5 reactie(s)

    Versie 2

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) pitten van aardappels: SN
    5) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    Van Dale 2014 online: gewestelijk putten, inkuilen
    WNT: Mnl. pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    4) De lelijke donkere puntjes op een patat moeten gepit worden alvorens ze voorts te bewerken.

    5) Dat hommelhof zal wel een pond te pitte (voor elken pit) geven, de bo (1873) (Woordenboek der Nederlandsche Taal)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 16 Jul 2018 01:28
    5 reactie(s)

    Versie 1

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    1) ingraven
    2) ontpitten: zie pitten, kersen ~
    3) Mest in putjes naast de tabaksplanten doen
    4) pitten van aardappels: SN
    5) Een ronde hoop van aarde maken en middenin er een stok voor de hopplanten steken. Bij Westvlaamsche hopboeren.

    VD2014 online: gewestelijk putten, inkuilen

    WNT: Mnl. pitten: gewestelijke bijvorm van putten.
    Van tabak: mesten, vetten, door de mest in kuiltjes naast de planten te doen. In Vlaanderen.

    1) Eerst een rij putjes graven, water erin gieten, de plantjes er inzetten, met jeir pitten en de scheuten vastzetten.

    2) Dit jaar heb ik veel kriekengelei kunnen maken maar de vruchten pitten was een langdurig en smosserig jobke.

    3) Het pitten van tabak noemt men pitvetten. (West-Vlaanderen: Wervik, Harelbeke)

    4) De lelijke donkere puntjes op een patat moeten gepit worden alvorens ze voorts te bewerken.

    5) Dat hommelhof zal wel een pond te pitte (voor elken pit) geven, de bo (1873) (WNT)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 11 Nov 2014 02:02
    5 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.