Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De beschrijving van deze term werd 21 keer aangepast.
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/-persoon wordt gebruikt, versmelt in zinnen met inversie de gij/ge/-vorm met de persoonsvorm van het werkwoord. Dit verschijnsel noemt men enclise.
Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
- “Hedde schoon gespeeld?” (enclise van “hebt ge”)
In bovenstaande zinnen is het niet duidelijk of het om een tweede persoon enkelvoud of meervoud gaat. Mede daarom treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/-vorm, of voegt men gijlie/gelle/golle toe om de tweede persoon meervoud aan te duiden.
Bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- “Hedde gelle schoon gespeeld?”
Een andere reden voor deze verdubbeling of toevoeging kan zijn dat men de klemtoon legt op de gij-vorm om een onderscheid met iemand anders duidelijk te maken:
- Kunde gij me helpen, want hij daar kan het niet.
- Hedde gij vijf minuten voor mij, want de Jan is te druk bezig.
- Neemde gijlie mij mee, want mijn maten zijn al weg.
“Na die trappen tot op ’t 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei: “hedde gijlie onze kater niet gezien, die is gisteravond niet naar huis gekomen”. (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/-persoon wordt gebruikt,versmelt in zinnen met inversie de gij/ge/-vorm met de persoonsvorm van het werkwoord. Dit verschijnsel noemt men enclise.
Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
- “Hedde schoon gespeeld?” (enclise van “hebt ge”)
In bovenstaande zinnen is het niet duidelijk of het om een tweede persoon enkelvoud of meervoud gaat. Mede daarom treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/-vorm, of voegt men gijlie/gelle/golle toe om de tweede persoon meervoud aan te duiden.
Bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- “Hedde gelle schoon gespeeld?”
Een andere reden voor deze verdubbeling of toevoeging kan zijn dat men de klemtoon legt op de gij-vorm om een onderscheid met iemand anders duidelijk te maken:
- Kunde gij me helpen, want hij daar kan het niet.
- Hedde gij vijf minuten voor mij, want de Jan is te druk bezig.
- Neemde gijlie mij mee, want mijn maten zijn al weg.
“Na die trappen tot op ’t 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei: “hedde gijlie onze kater niet gezien, die is gisteravond niet naar huis gekomen”. (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/-persoon wordt gebruikt,versmelt in zinnen met inversie de gij/ge/-vorm met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
- “Hedde schoon gespeeld?” (enclise van “hebt ge”)
In bovenstaande zinnen is het niet duidelijk of het om een tweede persoon enkelvoud of meervoud gaat. Mede daarom treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/-vorm, of voegt men gijlie/gelle/golle toe om de tweede persoon meervoud aan te duiden bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- “Hedde gelle schoon gespeeld?”
Een andere reden voor deze verdubbeling of toevoeging kan zijn dat men de klemtoon legt op de gij-vorm om een onderscheid met iemand anders duidelijk te maken:
- Kunde gij me helpen, want hij daar kan het niet.
- Hedde gij vijf minuten voor mij, want de Jan is te druk bezig.
- Neemde gijlie mij mee, want mijn maten zijn al weg.
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/-persoon wordt gebruikt,versmelt in zinnen met inversie de gij/ge/-vorm met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
- “Hedde schoon gespeeld?” (enclise van “zijt ge”)
In bovenstaande zinnen is het niet duidelijk of het op een tweede persoon enkelvoud of meervoud is. Mede daarom treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/-vorm, of voegt men gijlie/gelle/golle toe om de tweede persoon meervoud aan te duiden bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- “Hedde gelle schoon gespeeld?”
Een andere reden voor deze verdubbeling of toevoeging kan zijn dat men de klemtoon legt op de gij-vorm om een onderscheid met iemand anders duidelijk te maken:
- Kunde gij me helpen, want hij daar kan het niet.
- Hedde gij vijf minuten voor mij, want de Jan is te druk bezig.
- Neemde gijlie mij mee, want mijn maten zijn al weg.
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/-persoon wordt gebruikt,versmelt in zinnen met inversie de gij/ge/-vorm met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
- “Hedde schoon gespeeld?” (enclise van “zijt ge”)
In bovenstaande zinnen is het niet duidelijk of het op een tweede persoon enkelvoud of meervoud is. Mede daarom treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/-vorm, of voegt men gijlie/gelle/golle toe om de tweede persoon meervoud aan te duiden bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- "Hedde gelle schoon gespeeld?
Een andere reden voor deze verdubbeling of toevoeging kan zijn dat men de klemtoon legt op de gij-vorm om een onderscheid met iemand anders duidelijk te maken:
- Kunde gij me helpen, want hij daar kan het niet.
- Hedde gij vijf minuten voor mij, want de Jan is te druk bezig.
- Neemde gijlie mij mee, want mijn maten zijn al weg.
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/-persoon wordt gebruikt,versmelt in zinnen met inversie de gij/ge/-vorm met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
- “Hedde schoon gespeeld?” (enclise van “zijt ge”)
In bovenstaande zinnen is het niet duidelijk of het op een tweede persoon enkelvoud of meervoud is. Mede daarom treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/-vorm, of voegt men gijlij/gelle/golle toe om de tweede persoon meervoud aan te duiden bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- "Hedde gelle schoon gespeeld?
Een andere reden voor deze verdubbeling of toevoeging kan zijn dat men de klemtoon legt op de gij-vorm om een onderscheid met iemand anders duidelijk te maken:
- Kunde gij me helpen, want hij daar kan het niet.
- Hedde gij vijf minuten voor mij, want de Jan is te druk bezig.
- Neemde gijlie mij mee, want mijn maten zijn al weg.
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge/-vorm in zinnen met inversie met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
- “Hedde schoon gespeeld?” (enclise van “zijt ge”)
In bovenstaande zinnen is het niet duidelijk of het op een tweede persoon enkelvoud of meervoud is. Mede daarom treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/-vorm, of voegt men gijlij/gelle/golle toe om de tweede persoon meervoud aan te duiden bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- "Hedde gelle schoon gespeeld?
Een andere reden voor deze verdubbeling of toevoeging kan zijn dat men de klemtoon legt op de gij-vorm om een onderscheid met iemand anders duidelijk te maken:
- Kunde gij me helpen, want hij daar kan het niet.
- Hedde gij vijf minuten voor mij, want de Jan is te druk bezig.
- Neemde gijlie mij mee, want mijn maten zijn al weg.
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge/-vorm in zinnen met inversie met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
- “Hedde schoon gespeeld?” (enclise van “zijt ge”)
In bovenstaande zinnen is het niet duidelijk of het op een tweede persoon enkelvoud of meervoud is. Mede daarom treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/-vorm, of voegt men gijlij/gelle/golle toe om de tweede persoon meervoud aan te duiden bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- "Hedde gelle schoon gespeeld?
Een andere reden voor deze verdubbeling of toevoeging kan zijn dat men de klemtoon legt op de gij-vorm om een onderscheid met iemand anders duidelijk te maken:
- Kunde gij me helpen, want hij daar kan het niet.
- Hedde gij vijf minuten voor mij, want de Jan is te druk bezig.
- Neemde gijlie mij mee? want mijn maten zijn al weg.
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge/-vorm in zinnen met inversie met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
- “Hedde schoon gespeeld?” (enclise van “zijt ge”)
In bovenstaande zinnen is het niet duidelijk of het op een tweede persoon enkelvoud of meervoud is. Mede daarom treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/-vorm, of voegt men gijlij/gelle/golle toe om de tweede persoon meervoud aan te duiden bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- "Hedde gelle schoon gespeeld?
Een andere reden voor deze verdubbeling of toevoeging kan zijn dat men de klemtoon legt op de gij-vorm om een onderscheid met iemand anders duidelijk te maken:
- Kunde gij me helpen, want hij daar kan het niet.
- Hedde gij vijf minuten voor mij, want de Jan is te druk bezig.
- Nemde gijlie mij mee? want mijn maten zij al weg.
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/gijlie/gelle-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge/gijlie/gelle-vorm in zinnen met inversie met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
- “Hedde schoon gespeeld?” (enclise van “zijt ge”)
In bovenstaande zinnen is het niet duidelijk of het op een tweede persoon enkelvoud of meervoud is. Mede daarom treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/gijlie/gelle-vorm, bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- "Hedde gelle schoon gespeeld?
Een andere reden voor deze verdubbeling kan zijn dat men de klemtoon legt op de gij-vorm om een onderscheid met iemand andere duidelijk te maken:
- Kunde gij me helpen, want hij daar kan het niet.
- Hedde gij vijf minuten voor mij, want de Jan is te druk bezig.
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/gijlie/gelle-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge/gijlie/gelle-vorm in zinnen met inversie met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
Soms treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/gijlie/gelle-vorm, bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- "Hedde gelle schoon gespeeld?
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/gijlie/gelle-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge/gijlie/gelle-vorm in zinnen met inversie met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
Soms treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/gijlie/gelle-vorm, bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- "Hedde gelle schoon gespeeld?
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/gijlie/gelle-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge/gijlie/gelle-vorm in zinnen met inversie met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
Soms treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/gijlie/gelle-vorm, bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- "Hedde gelle schoon gespeeld?
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
Een bruin brood, brengde dat eens mee voor mij?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge/gijlie/gelle-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge/gijlie/gelle-vorm in zinnen met inversie met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
Soms treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij/gijlie/gelle-vorm, bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
- "Hedde gelle schoon gespeeld?
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
Ze zei " hedde gijlie onze kater niet gezien,die is gisteravond niet naar huis gekomen". (forum politics)
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge-vorm in zinnen met inversie met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
Soms treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij-vorm, bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Hela Jean, komde?
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge-vorm in zinnen met inversie met de persoonsvorm van het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
Soms treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij-vorm, bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge-vorm in zinnen met inversie met het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
Soms treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij-vorm, bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
“Na die trappen tot opt 7de hedde geen goesting meer voor tv te zien of eten te maken zenne”.(facebook)
En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief,
Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen,
En hedde gij huisgerief,
Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
In de varianten van het Vlaams waar de gij/ge-persoon wordt gebruikt,versmelt de gij/ge-vorm in zinnen met inversie met het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise.Het is typisch voor het informeel gesproken taalgebruik in de Antwerps-Brabantse dialecten. Het komt echter ook voor in andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
Soms treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij-vorm, bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
En hedde gij meubelen, En hedde gij huisgerief, Dan kunde gij trouwen met uw lief, Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen, En hedde gij huisgerief, Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
de gij/ge-persoon wordt gebruikt, worden gekenmerkt door enclise. De ge-vorm versmelt in vraagzinnen immers vaak met het werkwoord:
In gesproken taal versmelt “gij” in zinnen met inversie met het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise en komt zeer veel voor in de Antwerps-Brabantse dialecten en heeft zich van daaruit verbreid naar andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
Soms treedt er ook een verdubbeling op van de ge/gij-vorm, bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
En hedde gij meubelen, En hedde gij huisgerief, Dan kunde gij trouwen met uw lief, Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen, En hedde gij huisgerief, Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
de gij/ge-persoon wordt gebruikt, worden gekenmerkt door enclise. De ge-vorm versmelt in vraagzinnen immers vaak met het werkwoord:
In gesproken taal versmelt “gij” in zinnen met inversie met het werkwoord.
Dit verschijnsel noemt men enclise en komt zeer veel voor in de Antwerps-Brabantse dialecten en heeft zich van daaruit verbreid naar andere gebieden.
- “Hedde – of hebde – dat al gedaan?” (enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (enclise van “Zijt ge?”)
Soms treedt er ook een verdubbeling op van de ge-vorm, Bijvoorbeeld:
- “Hedde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
En hedde gij meubelen, En hedde gij huisgerief, Dan kunde gij trouwen met uw lief, Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen, En hedde gij huisgerief, Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
de gij-persoon wordt gebruikt, worden gekenmerkt door enclise. De ge-vorm versmelt in vraagzinnen immers vaak met het werkwoord:
In gesproken taal versmelt “gij” in zinnen met inversie met het werkwoord. Dit verschijnsel noemt men enclise en komt zeer veel voor in de Antwerps-Brabantse dialecten.
- “Hebde dat al gedaan?” (“Hebde?” = enclise van “Hebt ge”)
- “Gade mee?” (“Gade?” = enclise van “Gaat ge?”)
- “Kunde mij helpen?” (“Kunde?” = enclise van “Kunt ge?”)
- “Zijde braaf geweest?” (“Zijde” = enclise van “Zijt ge?”)
Soms treedt er ook een verdubbeling op van de ge-vorm, Bijvoorbeeld:
- “Hebde gij dat al gedaan?”
- “Gade gij mee?”
- “Kunde gij mij helpen?”
- “Zijde gij braaf geweest?”
En hedde gij meubelen, En hedde gij huisgerief, Dan kunde gij trouwen met uw lief, Gij ouwe zot! En hedde gij meubelen, En hedde gij huisgerief, Dan kunde gij trouwen met uw lief! (studentenlied)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.