Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    kot

    De beschrijving van deze term werd 13 keer aangepast.

    Versie 13

    kot
    (zn. o. -en)

    1. hokje, cel (autobuskotje: bushok; telefoonkot: telefooncel)
    2. huis
    3. achtergebouw

    Bushokje

    zie ook verzamellemma koterij

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.

    2. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!

    Zelfs in tijden van corona kan je aan cultuur doen, vanuit je eigen kot (demorgen.be)

    3. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    > andere betekenissen van kot

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 14 Apr 2020 10:26
    1 reactie(s)

    Versie 12

    kot
    (zn. o. -en)

    1. hokje, cel (autobuskotje: bushok; telefoonkot: telefooncel)
    2. gewoon huis
    3. achtergebouw

    Bushokje

    zie ook verzamellemma koterij

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.

    2. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!

    Zelfs in tijden van corona kan je aan cultuur doen, vanuit je eigen kot (demorgen.be)

    3. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    > andere betekenissen van kot

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 16 Mar 2020 20:49
    1 reactie(s)

    Versie 11

    kot
    (zn. o. -en)

    1. hokje, cel (autobuskotje: bushok; telefoonkot: telefooncel)
    2. gewoon huis
    3. achtergebouw

    Bushokje

    zie ook verzamellemma koterij

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.

    2. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!

    3. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    > andere betekenissen van kot

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 08 Feb 2020 11:12
    1 reactie(s)

    Versie 10

    kot
    (zn. o. -en)

    1. hokje, cel (autobuskotje: bushok; telefoonkot: telefooncel)
    2. gewoon huis
    3. achtergebouw

    Bushokje

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.

    2. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!

    3. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    > andere betekenissen van kot

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 30 Jan 2020 21:22
    1 reactie(s)

    Versie 9

    kot
    (zn. o. -en)

    1. hokje, cel (autobuskotje: bushok; telefoonkot: telefooncel)
    2. gewoon huis
    3. achtergebouw

    Bushokje

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.

    2. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!

    3. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    > andere betekenissen van kot

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 08 Feb 2019 17:36
    1 reactie(s)

    Versie 8

    kot
    (zn. o. -en)

    1. hokje, cel (autobuskotje: bushok; telefoonkot: telefooncel)
    2. gewoon huis
    3. achtergebouw

    Bushokje

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.

    2. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!

    3. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 27 May 2017 18:50
    1 reactie(s)

    Versie 7

    kot
    (zn. o. -en)

    1. hokje, cel (autobuskotje: bushok; telefoonkot: telefooncel)
    2. gewoon huis
    3. achtergebouw

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.

    2. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!

    3. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 21 Jun 2015 16:34
    1 reactie(s)

    Versie 6

    kot
    (zn. o. -en)

    1. hokje Vb.: autobuskotje: bushok
    2. gewoon huis
    3. achtergebouw

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.

    2. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!

    3. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 21 Jun 2015 16:31
    1 reactie(s)

    Versie 5

    kot
    (zn. o. -en)

    1. kot: hokje Vb.: autobuskotje: bushok
    2. kot: gewoon huis
    3. kot: achtergebouw

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.
    2. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!
    3. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 19 Nov 2013 15:05
    1 reactie(s)

    Versie 4

    kot
    (zn. o. -en)

    1. kot: hokje Vb.: autobuskotje:bushok
    2. kot: studentenkamer
    3. kot: huis
    4. kot: achtergebouw

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.
    2. Onze Fien zit op kot in Leuven, ik mis haar enorm.
    3. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!
    4. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 23 Jun 2012 14:03
    1 reactie(s)

    Versie 3

    kot
    (zn. o. -en)

    1. kot: hokje Vb: autobuskotje:bushok
    2. kot: studentenkamer
    3. kot: huis
    4. kot: achtergebouw

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.
    2. Onze Fien zit op kot in Leuven, ik mis haar enorm.
    3. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!
    4. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 16 Jun 2012 16:28
    1 reactie(s)

    Versie 2

    kot
    (zn. o. -en)

    1. kot: hokje Vb: autobuskotje:bushok
    2. kot: studentenkamer
    3. kot: huis
    4. kot: achtergebouw

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.
    2. Onze Fien zit op kot in Leuven, ik mis haar enorm.
    3. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!
    4. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 26 Dec 2011 14:13
    1 reactie(s)

    Versie 1

    kot

    1. kot: hokje Vb: autobuskotje:bushok
    2. kot: studentenkamer
    3. kot: huis
    4. kot:achtergebouw

    1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.
    2. Onze Fien zit op kot in Leuven,ik mis haar enorm.
    3. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren,men spreekt van : we gaan naar ons kot!
    4. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen(achtergebouwtjes).

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door hamamelis op 03 Feb 2008 23:45
    1 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.