Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Belgisch systeem voor elektronische betalingen, ook gebruikt om plastiek bankkaart, geldautomaat aan te geven, ook bancontacten als werkwoord in de betekenis van elektronisch betalen of geld afhalen
Is hier ergens een bancontact in de buurt?
Ik ga met bancontact betalen.
Kan ik hier bancontacten of moet ik met cash betalen?
Hollanders noemen ieder zitmeubel voor twee of meer personen “bank”, maar bij ons is een bank zonder uitzondering hard. Wat ge vindt in een living noemen wij “zetel”.
We hebben een tijdje zitten babbelen op een bank in ’t park.
kerel, manspersoon
VD
gast (dem; gasten)
1 iem. die, meestal daartoe uitgenodigd, bij iem. blijft eten of slapen
2 persoon voor wie men iets betaalt
3 klant in een horecagelegenheid of vakantieverblijf
4 (informeel) persoon
Die gast moet niet denken dat hem het manneke is. Anders maken we hem een koppeke kleiner (fig.). We zullen hem eens mores leren.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.