Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    kalle
    (de ~ (vr.), ~n)

    - scheldwoord voor een vrouw
    - niet slimme, achterlijke vrouw

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: kalle: Alleen in Zuid-Nederland. Naam (bijnaam; spotnaam) voor eene domme, dwaze vrouw. Kalletje, een onnoozel meisje (Yperen; Belg. Mus.)

    vergelijk ook kalle met de haak

    Gij domme kalle!

    Die dwaze kalle heeft weer niets begrepen van de uitleg.

    Die kalle steekt de kleurwas en de witte was tope!

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 24 Mar 2020 20:51
    0 reactie(s)

    keppe
    (de ~ (v.), -n)

    schatje, vriendin, vriend, geliefde, lieveling

    dim: keppeke, keppetje

    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    Volgens Debrabandere is keppe de stam van middelnederlands keefse, kevesch, duits kebse `bijzit’. Verwant aan duits käfig, westvlaams keve `kooi’.
    Een keppe is dan `iemand die samenhokt, bijzit, geliefde’.
    (Vl.-België, inz. West-Vlaanderen) Iemand die men lief heeft; voor wie men voorkeur heeft; lieveling.

    zie ook: keppekindje, keppesleppe
    vgl keppemaken, keppemaker, bekeppelen

    Siska is al twee jaar mijn keppe. Met haar wil ik oud worden.

    kmis men keppeke

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 24 Mar 2020 20:49
    2 reactie(s)

    keppekindje
    (het ~, ~s)

    Meest geprefereerde kind van iemand (ouders, leraar,…)

    Antw.: febbe, febbekak

    zie ook: kakkelatje, flebbeke, fleppeke, bebbeke, fiske, keppesleppe

    Jantje is het keppekindje van zijn mama, zo’n lief baaske!

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 24 Mar 2020 20:48
    1 reactie(s)

    pompsteen
    (de ~ (m.), ~~enen)

    gootsteen, aanrecht, pompbak

    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    in Vlaams België voor: gootsteen onder een pomp, Joos (1900-1904); Teirlinck.
    De pompbak is dieper dan de pompsteen en kan verplaatst worden, terwijl de pompsteen vastligt, Joos (1900-1904)

    Van Dale 2014 online: gewestelijk

    Onder de pompsteen staat het afwasmachien.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 24 Mar 2020 19:55
    0 reactie(s)

    pompsteen
    (de ~ (m.), ~~enen)

    gootsteen, aanrecht, pompbak

    Woordenboek der Nederlandsche Taal:
    in Vlaams België voor: gootsteen onder een pomp, Joos (1900-1904); Teirl.
    De pompbak is dieper dan de pompsteen en kan verplaatst worden, terwijl de pompsteen vastligt, Joos (1900-1904)

    Van Dale 2014 online: gewestelijk

    Onder de pompsteen staat het afwasmachien.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 24 Mar 2020 19:55
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.