Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
onnozelaar
vervelend iets, iemand of dier
(Booms) ‘Diejn matteko van’en orlozje (horloge) lept we agtr en dus we te lât (aangekomen), dju toch!!’
schelm (bv. voor ondeugend kind/niet-luisterende hond)
slecht persoon, gangster, reucht, schorremorre
(Booms) ‘Die sgoele van ne matteko is we me mn sgoene gaan lope, miljaar!’ (licht kwaad/verveeld naar diens ongetrainde hond verwijzend)
‘nen andikapé oep straat aanrande, zulke sgoeles!!’
gang, overloop (gelijkvloerse)
(Booms) ‘Moete na stoan lamere in de gank en zo ander mense ambetere?’
antibiotica
(Booms) ‘Zolank VS boere hun biejeste blyve volsteke me AB jus veur wa rapper te groeje me’ni (meer niet), oe denkte gy da ‘supermikrobe’ gân weggân??’
antibiotica
(Booms) ‘Zolank VS boere hun biejeste blyve volsteke me AB jus veur wa rapper te groeje me’ni, oe denkte gy da ‘supermikrobe’ gân weggân??’
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.