Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door nthn

    meute
    (de ~ (v.))

    mensenmenigte

    De avonturen van Urbanus – Leute voor de meute.

    Er waren wel 50 hooligans voor het stadion verzameld waar ze niet binnen mochten. Daarna trok heel die meute de stad in om amok te maken.

    Regio Standaard Nederlands
    Bewerking door nthn op 24 Nov 2021 21:12
    4 reactie(s)

    enigte
    (onb. telw.)

    een klein aantal, enige

    uitspraak overal met scherplange e (klinkt meestal als ‘ieje’), soms verkort
    → uitspraak in Antwerpen: ienigte
    → uitspraak in de A. Kempen: énnegte

    zie ook enigste

    “Ik moet namelijk nog enigte reflectieverslagen uit mijn duim zuigen, een praktikum zien te stelen van iemand en nog zoveel andere domme schooltaakjes.” (uit een blog)

    Woa dan ze speeldn, ip fêestn of kermessn, wierd under schild boovn de deure g’hangn, dikwils tegoare met enigte kann en kruukn, die verweezn no de dustige rederykers. (vls.wikipedia.org)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 19 Nov 2021 18:57
    0 reactie(s)

    bosuil
    (znw. de ~ (m.), ~en)

    SN/NL: uilskuiken (scheldwoord)

    zie ook lomperik, mutten

    - Past ne keer op jong bosuil, ge smijt hier ver mijn dier(e) vazen op de grond.
    - Seg hey, ge moet ze maar ni zetten waar da kik honderd keren op nen dag moet passeren he fluit.

    Provincie Oost-Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 17 Nov 2021 00:05
    0 reactie(s)

    ringen
    (ww. ringde, geringd)

    rinkelen (i.h.b. van een wekker of bel of telefoon)

    Hoor, de bel ringt. ’t School is gedaan.

    Laat die telefoon maar ringen, we zijn niet thuis.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 16 Nov 2021 23:33
    0 reactie(s)

    sojascheut
    (zn. m., -en)

    scheuten of spruiten van de mungboon
    NL: taugé (< Indonesisch tauge)

    Door hun naam wordt van sojascheuten dikwijls gedacht dat ze de scheuten van sojabonen zijn, terwijl het eigenlijk scheuten zijn van de groene mungboon afkomstig uit Indië.

    Van Dale 2018: soja­scheu­ten
    zelfstandig naamwoord • meer­voud
    1. ge­spro­ten so­ja­bo­nen
    2. tau­gé

    Mung bean sprouts

    zie ook verzamellemma groenten en fruit

    Loempia’s met kabeljauw en sojascheuten zijn wreed lekker.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 13 Nov 2021 23:33
    2 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.