Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
in de war brengen of geraakt zijn (bv. van garen of draad gezegd)
verklatterd zijn: er onverzorgd uitzien
vgl. klatter
frequentatief van “(ver)klatten”, Ned. “klitten”.
De kerstlampekes zijn heel verklatterd, we zullen maar weer nieuwe kopen zeker?
Een verklatterde vrouw.
Als ge den hond niet elke dag borstelt, gaan de haren van zijn pels verklatteren.
zedeloze, onfatsoenlijke, onverzorgde vrouw, slet, hoer
(de grondbetekenis van “klatter” verwijst naar een wanordelijke, klittende massa, vodden, flarden van kleding …)
Een straatklatter. (straathoer, tippelaarster)
Zwijg gij, vuil klatter!
zedeloze, onfatsoenlijke, onverzorgde vrouw, slet, hoer
(de stam “klatter” verwijst naar een wanordelijke, klittende massa, vodden, flarden van kleding …)
Een straatklatter. (straathoer, tippelaarster)
Zwijg gij, vuil klatter!
zedeloze, onfatsoenlijke, onverzorgde vrouw, slet, hoer
(de stam “klatter” verwijst naar een wanordelijke, klittende massa, vodden, flarden van kleding …)
Een straatklatter. (straathoer, tippelaarster)
Zwijg gij, vuil klatter!
onontwarbaar kluwen, wirwar, klit
Er zit een klatter in het garen, het is heel verklatterd (zie verklatteren)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.